Interview

George Stiles en Anthony Drewe

Mary Poppins gaat over een vreemd wezen wat in een familie terecht komt en hun levens overhoop zet. In dat opzicht is Peter Pan niet zo verschillend van Mary Poppins

We ontmoeten elkaar ergens in de vroege jaren ’80 aan de universiteit van Exeter in Zuidwest Engeland. George Studeerde er muziek en ik zoölogie. Beiden waren we actief in een vereniging voor studentenmusicals. George was muzikaalleider aan de “Gilbert and Sullivan Society” en ik regisseerde musicals die door mijn broer werden gecomponeerd in de studentenvereniging “Stage Door”. Onze producties werden op de planken gezet in het Northcott Theatre, een professioneel theater dat zich op de universiteitscampus bevond. Hoewel we van elkaars bestaan afwisten vond de eerste echte kennismaking pas plaats in 1982. In 1983, in ons laatste jaar aan de universiteit schreven we voor het eerste samen een musical. Onze eerste show “TUTANKHAMUN” speelde in maart 1984 opnieuw in het Northcott Theatre
George: Onze wederzijdse vrienden hadden verteld dat we elkaar eigenlijk zouden haten. Na 22 jaar kan ik eindelijk bevestigen dat ze gelijk hadden! Op een dag gebruikten we alle twee de kopieermachine in de bibliotheek en Ants (Anthony) realiseerde zich dat ik het was omdat ik de bladmuziek van “Pirates of Penzance” vast had and hij zei: “Jij moet George Stiles zijn…” Eigenlijk had ik liever gelogen en gezegd dat ik Johnny Depp was omdat ik erg op hem lijk.

Houden jullie vast aan bepaalde rituelen als jullie samen schrijven?
Anthony: Voor we iets op papier zetten bespreken we samen altijd het dramatische element in het stuk. Dan, in 80% van de gevallen, begin ik met het schrijven van liedteksten. Hiervoor gebruik ik grote stukken papier en ik verkies, liggend op kussens, op de grond te schrijven. Ik krabbel dan ideeën voor grappen en rijmende stukjes tekst op de randen van het papier. Als ik dan genoeg materiaal en tekst voor een liedje heb begin ik de passende en rijmende teksten in het midden van het papier in volgorde te zetten.
Ben ik er tevreden mee dan teken ik er een kadertje rond. Dat maakt het gemakkelijker om het te vinden tussen al het gekrabbel. Meestal heb ik wel al een titel verzonnen en misschien ook al een refrein of enkele verzen gevonden. Dan geef ik het aan George zodat hij er mee kan spelen. Gewoonlijk bevindt hij zich wel in hetzelfde gebouw maar niet in dezelfde kamer. Hij loopt graag heen en weer terwijl hij de teksten leest zodat hij een idee voor het ritme kan ontwikkelen. Dat is niet altijd hetzelfde ritme wat ik in gedachten had. Ik word dan uit de kamer gebannen zodat hij aan de piano kan improviseren.
George: Het is werkelijk raar wat je soms kan helpen bij het vinden van een ritme voor een liedje. Een van de raarste bronnen van inspiratie was toch wel het kloppende geluid van een ventilator in een badkamer toen ik het liedje The Lost Boys Gang voor Peter Pan schreef. Ik improviseer en vergelijk ook geluidjes tegen het gezoem van een stofzuiger of het constante geluid van een alarm. Zelf blijf ik zolang mogelijk bij de piano vandaan, zodat mijn vingers niet te snel in een bekend patroon vervallen.

Wat was het dat jullie zo aantrok in Mary Poppins?
Anthony: In januari 1994 werden we voor het eerst benaderd door West End producer David Pugh, die er betrokken bij was, alsook Cameron Mackintosh en Disney. Al jaren deden er zich geruchten voor over een theaterversie van Mary Poppins. Zelf hadden we geen idee wat voor liedjes men nodig had en ook niet dat wij zouden worden gevraagd om ze te schrijven. Ik denk dat we er vanuit gingen dat de Sherman Brothers alles schreven wat er ook maar nodig was. Zelf had ik in die tijd nog nooit de film gezien, wel had ik kleine stukjes op TV gezien zodat ik toch wel ongeveer het verhaal kende. Toen we wisten dat we in aanmerking kwamen hebben we de video gekocht en gekeken waar we eventuele nieuwe nummers in het verhaal konden inpassen. Dat de verhaallijn van de theaterversie zo sterk zou verschillen van de film wisten we toen ook nog niet.
George: Ik veronderstel dat we wel een gewoonte hebben om dingen te schrijven die geschikt zijn voor alle leeftijden. Mary Poppins gaat over een vreemd wezen wat in een familie terecht komt en hun levens overhoop zet. In dat opzicht is Peter Pan niet zo verschillend van Mary Poppins.

Moesten jullie auditie doen voor de baan?
Anthony: We deden niet echt auditie, maar toen we wisten dat we overwogen werden schreven we in 1994 het nummer “Practically Perfect” . We namen het nummer op in een studio met Claire Moore als Mary Poppins, Claire en ik speelden samen ook de rol van de kinderen. Dit nummer leverde we af bij Cameron Mackintosh, ook al had hij nog nooit met ons over dit project gesproken. Hij belde ons op om te zeggen dat hij het nummer geweldig vond en het ging gebruiken om de mensen van Disney te overtuigen dat wij de juiste mensen voor deze baan waren. Buiten één couplet is de song tot op de dag van vandaag onveranderd gebleven en het is het eerste nummer dat Mary in de musical zingt. We hoorden zelfs dat Michael Eisner en Tom Schumacher van Disney het nummer op hun iPod hadden staan.
George: Cameron vond het nummer zo leuk dat hij vroeg of we er nog eentje konden schrijven. Dat deden we dus en het werd het nummer “Ever So Mary Poppins” en eigenlijk zit er geen noot van het nummer in de show.

Jullie zijn erin geslaagd om nummers voor de show in de stijl van de Sherman Brothers te schrijven, gelijk ze in de film van 1964 zijn. Was dit een moeilijke opdracht?
Anthony: Dank je, sinds in 1968 het Junglebook uitkwam zijn we grote fans van de Sherman Brothers. Ze hebben een ongelofelijke individuele manier van het schrijven van teksten en melodieën en hun nummers zijn hierdoor bijna altijd gedenkwaardig. Met het nummer “Practically Perfect” hebben we opzettelijk hun stijl willen imiteren. Het is tegelijkertijd het meest Shermanesque van de nieuwe nummers. Ik bestudeerde hoe vaak ze de titel in een nummer zelf gebruikten en welke de plaats ervan was in de tekst zelf. Het was geen moeilijke taak maar wel een heel erg leuke en de Sherman’s waren erg complimenteus over ons nieuwe materiaal.
George:Het is niet altijd gemakkelijk om iemand te imiteren, de truc is er ook iets van jezelf in te steken. Wanneer de songs echt zo goed zijn als die van de Sherman’s dan is het leuk omdat we onze eigen criteria erg hoog leggen. Sommige van de nieuwe nummers volgen met opzet echt hun stijl niet, “Temper Temper” is hier een voorbeeld van.

Wat ook enorm plezierig was, zijn de nieuwe stukjes die we aan hun materiaal toegevoegd hebben. Drie van hun liedjes hebben we erg herzien: Jolly Holiday, Step in Time and Supercalifragilistic. We hebben overbruggende secties toegevoegd, contra-melodieën, nieuwe teksten en harmonieën. We schreven ook een variatie op de melodie van “Chim Chiminee”. Bert wordt doorheen het verhaal constant gebruikt als verteller en we wilden niet dat het publiek de hele avond zat te kreunen omdat ze anders de hele avond hetzelfde deuntje te horen kregen. Dick Sherman stelde voor om de nummers “Spoonful” en “Practically Perfect” samen te voegen omdat hij voelde dat deze Mary haar karakter het best toonden. Ook bij “Let’s Go Fly a Kite” en “Practically perfect” wanneer Mary over je heen vliegt was het alsof de nummers voor elkaar gemaakt waren.

George vermelde net het nummer “Temper Temper”, het nummer waarin het kinderspeelgoed tot leven komt om de kinderen te straffen omdat ze hun slecht behandelt hebben. Het is mijn favoriete nieuwe nummer in de show, het is een erg donker nummer maar ook erg theatraal en ritmisch. Hoe kwam dit nummer tot stand en ontstond er enige discussie over de toon?
Anthony: Het donkere van het nummer kwam aan bod in een erg vroege synopsis van het verhaal, Cameron Mackintosh en Tom Schumacher hadden deze samen bedacht. Oorspronkelijk vertelde PL Travellers het verhaal van de “The Doulton Bowl”: Michael en Jane breken een porseleinen kom in de kinderkamer en de figuren die op de kom getekend staan en gekwetst zijn komen dan tot leven om wraak te nemen op de kinderen.
We kwamen overeen dat dit effect moeilijk te realiseren was op de bühne aangezien het publiek de figuren niet kon zien op de kom en zich dan afvroegen waarom ze tot leven kwamen. We hebben toen besloten de essentie van dit verhaal aan te passen en maakten ervan dat het speelgoed tot leven kwam omdat de kinderen hun slecht behandelt hadden.

George en ik brachten Cameron wekelijkse bezoekje in Somerset om hem de laatste ontwikkelingen te tonen. Op een dag werden we verondersteld het kinderkamerliedje te spelen, maar we hadden niks gemaakt. Hoe dan ook we reden plichtsbewust naar Cameron en besloten eerlijk te zijn en hem de waarheid te vertellen. Ook hoopten dat we over deze scène konden praten en er zo een betere kijk op krijgen zodat we wisten wat van ons verwacht bij dit nummer. Aangekomen in Somerset ging ik met Cameron naar de keuken om koffie te maken, ondertussen nam George plaats achter de piano. George begon een erg ritmisch en trommelend deuntje op de piano te spelen, een beetje in de stijl van Carl Orff zeg maar. Cameron spitste zijn oren en vroeg: “Wat is dat?” ik antwoordde: “Het is het nieuwe nachtmerrie liedje voor de kinderkamer.” Het was één van die schitterende momenten waar de muziek eerst kwam en de muziek me vertelde hoe de tekst moest gaan klinken. Ter plekke bedacht ik deze tekst:

TEMPER, TEMPER CAUGHT YOU AT LAST
YOUR QUICK TEMPER WENT A BIT FAST
THIS IS A PLACE OF WOE
THIS IS A PLACE WHERE ALL WICKED CHILDREN GO etc.


George, werkte je samen met meester orchestrator William David Brohn (Miss Saigon, Crazy For You, Ragtime) aan het nieuwe orkestrale geluid van de show en hoe zou je dit omschrijven?
George: Ja, Bill en ik kennen elkaar nu al meer dan 15 jaar. Hij orchestreerde de “The Three Musketeers” (niet de Joop versie) voor me en hij is een van mijn meest favoriete mensen in de wereld! We praatten heel veel en Cameron en Tom vertelde ons dat we voor de cast een maximum van 16 instrumenten hadden. We wisten dat we niet elk onderdeel van een orkest nodig hadden omdat het anders dun en karakterloos zou klinken. Mary heeft een erg sterk karakter, dus we besloten dat koperspelers essentieel waren. Bill stond er op dat we 2 trompetten, 2 trombones en 2 hoorns nodig hadden. De trompetten en trombones verdubbelen de flugel, cornet, het euphonium en de tuba. Zo konden we het echte geluid van een brass band creëren in “Jolly Holiday” en “Spoonful”, maar ook voor George Banks’ zijn karakter in “Precision and Order”.

Vandaar wisten we dat we houten blaasinstrumenten nodig hadden, een drietal stuks om precies te zijn met een zo groot mogelijk bereik van instrumenten. De doorbraak was echter het concept van de 2 piano’s die het hart van het geluid vormen. In mijn studio heb ik een Yamaha C6 Grand Piano staan die uitgerust is met MIDI zodat ik het direct kan invoeren in het Sibelius programma als ik dingen schrijf. Dit betekent dat ik nog een extra laag synthetisch geluid achter het echte geluid van een piano kan maken. Terwijl we experimenteerden sprong Bill op en zei: “Dat is het!” toen vertelde hij me dat Gershwin naar aloude Broadway traditie altijd 2 piano’s in de orkestbak gebruikte. We gebruiken nu 2 van mijn piano’s in de orkestbak. Op die manier kunnen we de geluiden van marimba’s, celesta’s, elektrische piano’s, xylphonen, kinderkoren, verre trompetten en andere instrumenten laag na laag invoegen. Ook gebruiken we de piano’s erg vaak apart. Een paar van mijn favoriete stukjes zit op het einde in de show wanneer de 2 piano’s de actie in de musical benadrukken.

Het is ook zo dat de elektrische gitarist (die ook de banjo en de akoestische gitaar speelt) zijn handtekening nadrukkelijk legt op momenten door het gebruik van een toestel dat eBow heet. Verder maken we ook nog gebruik van 2 percussionisten (die alles spelen inclusief het keukengerief), een basgitaar (elektrisch en akoestisch) en erg cruciaal, de cello. De toevoeging van de cello is erg belangrijk omdat we de warmte van zijn geluid nodig hebben, dat ontdekten we een aantal jaren geleden tijdens een proeflezing.

28 March 2005
N.v.t.
Londen
Prince Edward Theatre
Georges Stiles, Anthony Drew, Mary Poppins, Componist