Recensie

Nijinsky en Diaghilev

Nijinsky en Diaghilev is een unieke kruising tussen toneel en ballet geworden. Het toneel-aspect heeft echter de overhand, waardoor de productie een groter publiek kan bereiken.

“Wat wij denken en voelen interesseert het publiek niet. Enkel wat wij doen”

De productie ‘Nijinsky en Diaghilev’ hoeft je aan de titel nog niet veel te zeggen. De ondertitel is waarschijnlijk belangrijker voor de productie die je te zien krijgt. Deze luidt namelijk “de ondergang van een genie”. Het is een klassiek, waargebeurd liefdesdrama tussen de Russische dramaturg en impresario Serge de Diaghilev aan de ene kant en de geniale danser Waslaw Nijinski aan de andere kant.

Voorgeschiedenis
In Moskou stichtte Serge de Diaghilev de balletgroep “Ballets Russes”. Deze balletgroep trad in 1909 voor het eerst in Parijs op. De Diaghilev “Ballets Russes” verwierf internationale faam en bracht een ware revolutie in de Westerse balletwereld tot stand. Zijn stelregel was: “Etonne-moi” (verbaas mij). Nijinsky werd wereldberoemd met balletten als “Le spectre de la rose” en “Sheherazade”. Legendarisch was zijn rol als de marionet Petroesjka, die in de handen van een louche kermisklant zijn ondergang tegemoet ging. Maar privé ging het minder met hem; verlegen en met een groot minderwaardigheidscomplex klampte hij zich vast aan Diaghilev, terwijl hij tegelijkertijd graag zelfstandig wilde zijn. Hoewel hij als vakman volwassen was, kon hij met zijn kinderlijke driftbuien Diaghilev tot het uiterste drijven.

In 1913 vertrok het Ballet Russe met de boot naar Zuid-Amerika. Diaghilev bleef in Europa omdat hem ooit was voorspeld dat hij op de dood zal vinden op het water. Aan boord ontmoette Nijinsky de jonge Hongaarse Romola de Pulsky. Zij was in het theater verliefd geworden op Nijinsky en had zich daarom als een soort ‘groupie’ aangemeld als figurante. Nu Diaghilev niet in de buurt was, zag ze haar kans schoon en versierde de danser. in Rio de Janeiro besloot het koppel te trouwen.
Zodra Diaghilev het nieuws vernam, kreeg hij een enorme emotionele klap, om vervolgens een telegram te zenden waarin stond dat Nijinsky op staande voet was ontslagen.

‘De geleerden doven de verliefdheid’
De toneelvoorstelling begint enkele jaren na het ontslag van Nijinsky. De grens tussen genie en gek begint steeds meer te vervagen. Nijinsky werkt vanuit zijn gevoel en dat gevoel wordt steeds egoistischer. Op een gegeven moment gebruikt hij zelfs God te pas en te onpas om zijn vreemde gedrag te ondersteunen. Vincent Croiset zet een zeer geloofwaardige Vlaslav Nijinsky neer. Hij komt op het toneel als heel fragiel waarbij je ieder moment een uitbarsting kunt verwachten. Die uitbarstingen komen, maar vaak zie je het vreemde gedrag ook in details terug. Het constant wrijven van de handen, of het verplaatsen van een stoel. Het lijkt minimaal maar met de mimiek van Vincent Croiset geeft het een onrustig gevoel om naar dit genie te kijken. Op momenten doet hij denken aan een andere meester die de grens tussen kunst en realiteit doorkruiste: Andy Kaufmann die in de film “Man on the Moon” voortreffelijk wordt neergezet door Jim Carrey.

‘Een hysterica met gevoel voor drama’
Diaghilev wordt gespeeld door Michel van Dousselaere. Samen met tegenspeelster Saskia Temmink heeft hij meerdere keren lange dialogen die doorbakken zijn met grappige vindingen. Maar bovenal springt de passie er uit. Saskia Temmink die de rol van de vrouw van Nijinsky op zich neemt, had tijdens de premiere nog wat last van zenuwen, maar Michel van Dousselaere geniet van zijn rol. De arrogantie, de passie voor zijn ex-vriend Nijinsky en zijn financiele toestand. Het is knap om te zien hoe deze acteur zich in zijn rol heeft ingeleefd. Saskia Temmink zet vooral een afstandelijke vrouw neer. Dit past ook binnen het verhaal aangezien zij Nijinsky heeft weggekaapt voor de neus van Diaghilev, maar toch is zij net iets minder overtuigend dan de twee hoofdrolspelers.

Een toneelvoorstelling over ballet, moet natuurlijk ook dans bevatten. Deze zorgvuldig gekozen dans-scènes benadrukken nog meer het karakter van Nijinsky. Het laat zien hoe geniaal de choreografie was. De dans wordt gedaan door Benito Marcelino, Jorrit Ruijs, en Alexandra Leys. Met name de slotdans van Jorrit Ruijs waarin hij de eerder genoemde marionet speelt is indrukwekkend.

Nijinsky en Diaghilev is een unieke kruising tussen toneel en ballet geworden. Het toneel-aspect heeft echter de overhand, waardoor de productie een groter publiek kan bereiken. De dialogen en zeker ook de lange monologen zijn ontzettend knap geschreven met oog voor detail en kwaliteit. Toch zal niet iedereen deze productie aanspreken. Je hoeft Nijinsky en Diaghilev niet te kennen om het verhaal te begrijpen, maar je moet je wel kunnen verplaatsen in de wereld van het ballet om er optimaal van te kunnen genieten.

14 January 2005
Première
Hoofdorp
De Meerse

Vincent Croiset, Saskia Tammink, Michel van Dousselaere, Jorrit Ruijs