Recensie

Trossen los voor de boot en het meisje

‘De boot en het meisje’ is na ‘Stationsstraat 169 Huis’ de tweede eigen productie waarmee het M-lab on tour gaat. Het verhaal is door schrijver Jonathan van ’t Reve doorontwikkeld. En regisseur Frank Lammers heeft er zijn eigen(zinnige) draai aan gegeven.

Frank Lammers ontving een John Kraaijkamp Musicalaward voor ‘Dromen zijn bedrog’, en deze voorstelling heeft dezelfde sfeer, een beetje rommelig: een geregisseerde chaos. Dat begint al met het podiumbeeld bij binnenkomst in de zaal. Een zeil links, een bank, een driepoot met pan boven een vuurtje rechts, en een groot scherm waarop oude televisiereclames worden vertoond (“Crispy geluidje toch”, “Stom he, ik vind het gewoon lekker”),  voorzien van een onvoorstelbaar slecht geluid . Tijdens de voorstelling zelf is het geluid gelukkig wel prima.
‘De boot en het meisje’ gaat over Iwan. Hij is een beetje verloren in het leven; geen bijzondere kwaliteiten, geen bijzonder werk. Hij woont bij Philip, een wat oudere snob die erg materialistisch is ingesteld (het eerder genoemde scherm is zijn enorme televisie).  Iwan heeft dat niet. Zijn beste vriendin is Rosa, een maatje waar hij veel mee optrekt, behalve als zij weer eens een vriendje heeft. Als Rosa tijdens één van hun gesprekken aan Iwan meldt dat er een boot te koop ligt, besluit Iwan iets bijzonders te doen. Die boot kopen. Uiteraard gaat hij eerst kijken, en ontmoet zo de wat wereldvreemde eigenaar Koos, die hem in alleen een gele onderbroek en Chinese badjas ontvangt. Rosa heeft weer een nieuw vriendje in de vorm van de Spaanse fotograaf Jordi. Maar Iwan droomt ervan om met de boot naar Denemarken te gaan, samen met Rosa, en niet alleen omdat zij het benodigde vaarbewijs heeft, en hij niet.
Dit vrij rechttoe rechtaan verhaal over liefde en vriendschap en het mogelijke conflict tussen deze twee zaken krijgt een bizar tintje door de cowboys op het toneel. Het begint met het kijken naar een westernfilm, iets wat later nog een keer terugkomt, maar ook buiten deze intermezzo’s komen de cowboys nog regelmatig terug. De muziek schiet alle kanten op. Van country naar Spaans, van reggae tot kleinkunst. Gevarieerd, maar altijd passend bij de situatie. Het scherm heeft zijn eigen functie. Met een minicamera worden er beelden vanuit het podium op getoond, zoals het vuurtje van de cowboys, of een miniatuurboot, al dan niet vermengd met andere beelden.
De rol van Iwan wordt gespeeld door Sander van Amsterdam, en hij doet dat buitengewoon overtuigend. Zijn dilemma’s zijn herkenbaar, de keuzes die hij maakt (en de keuzes die hij niet maakt) zijn begrijpelijk. Vooral de intense, emotionele ontknoping wordt door hem erg goed gespeeld. Rosa blijft tijdens het stuk toch vooral een raadsel. Nathalie van Gent heeft (tot diezelfde ontknoping) dan ook weinig concreets te spelen, maar wat ze heeft speelt ze goed. Ze zingt geweldig. Vincent Croiset speelt Filip erg theatraal, wat het personage laat balanceren op het randje van het geloofwaardige. Vreemd genoeg is geloven we de rare schipper Koos (Casper Gimbrère ) dan weer wel. Als romanticus en als hij met een Wolkers-achtige fascinatie naar een insectje op zijn hand zit te kijken. Lennart Monaster zou je als de irritante Frenk met liefde een knal voor zijn kop verkopen, en speelt die rol dus goed. Samuel Hubner Casado is als de Spaanse Jordi vooral een goed danser; zijn spel overtuigt wat minder.
Zoals eerder gemeld oogt de voorstelling rommelig, bijna spontaan gespeeld. Pas als er gedanst wordt is het duidelijk dat het weldegelijk is gerepeteerd. Ze zijn wonderwel gelijk. Het is een stijl die je moet aanspreken. De inbreng van Rataplan, de hond van Philip, maakt het er niet gestructureerder op. Hij loopt gewoon rond op het podium, en doet zich tegoed aan de blokjes kaas en worst die zijn baasje met een wild gebaar op de grond had laten vallen. Even gaat het zelfs bijna mis, als Iwan in een dronken bui in zijn mand valt, juist als hij er bijna in lijkt te willen stappen.
Vocaal is de cast niet zo sterk. Op Nathalie van Gent na zijn het geen getrainde zangers, en dat is te horen. Het is veelal aanvaardbaar, maar nergens echt sterk. Juist dit zorgt ervoor dat het rommelig chaotische op sommige momenten te veel versterkt, en je op de hond in plaats van de zangers gaat letten. En dat kan toch niet de bedoeling zijn.
Al met al is ‘de Boot en het Meisje’ niet onaardig, maar mist het ook kansen. Door net wat te weinig structuur in het spel, door net te weinig informatie over Rosa in het stuk, maar vooral ook door het ontbreken van een solo van Iwan. De ontknoping schreeuwt echt om een lied dat door Iwan wordt gezongen, maar het komt simpelweg niet. Helaas.

10 February 2012
Première
Den Haag
Diligentia
http://www.m-lab.nl
de boot en het meisje, jonathan van het reve, casper gimbrere, nathalie van gent, sander van amsterdam, vincent croiset, lennart monaster, samuel hubner casado, frank lammers, recensie, m-lab, tour

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen