22-1 15.30 Pippin (Menier Chocolate Factory)
Een theater met gemengde gevoelens, een stuk met gemengde gevoelens. De Menier Chocolate Factory heeft een doorgaans interessante stukkeuze, en is zeker het Off-West End theater met de meeste West End Transfers. Een ervan was La Cage Aux Folles, zonder welke we de voorstelling in Nederland waarschijnlijk ook niet hadden mogen zien, een ander, Sunday in the Park with George, mogelijk ook niet. Maar de zitplaatsen zijn er veelal vreselijk. Vorige keer viel het mee, en deze keer ook weer, al ben je bij banken meer dan ooit afhankelijk van de mensen naast je.
En dan Pippin. Een aantal jaar geleden hadden twee opleidingen deze zelfde voorstelling op het programma staan. De een, onder regie van Daniël Cohen was prachtig, de ander was een regelrechte verschrikking. Regisseur Barry Stevens slaagde er in alles te doen om de hoofdrolspeler het leven zuur te maken. Bij scriptgrappen werd de aandacht afgeleid door ensemble acties en ook de muziek klonk afgrijselijk. Hoe kun je een stuk kapot maken? Want laten we wel wezen: Pippin moet het niet hebben van een geweldig script, maar van de prachtige nummers in de show.
Pippin is een vrij eenvoudig coming-of-age verhaal, oorspronkelijk zich afspelend in de Middeleeuwen. In deze versie is het omgezet naar een computerspel, waarin gamer Pippin belandt. Grappig is dat je, als je naar de zaal gaat, door de kamer van deze puber loopt, vol SF knipsels en posters, en dat je hem ook echt achter een PC ziet spelen. Al zal een groot deel van het publiek dit pas later zich realiseren natuurlijk.
Eenmaal in het spel moet hij een aantal levels door, levenslevels, met als belangrijkste doel, een doel in het leven. Het moet toch meer zijn dan dit. In het spel is hij een prins, troonopvolger, met een halfbroer die alles is wat hij niet is, sterk en stom. In tijden van oorlog prima kwaliteiten. Zijn vader, koning Charles, is een bruut, zoals dat in de Middeleeuwen gebruikelijk was. Op zoek naar zijn doel wil Pippin ook meevechten, en hij krijgt uiteindelijk zijn zin. Maar de slag en slachtpartij is niet wat hij wil, zeker niet als hij in gesprek raakt met het hoofd van een gesneuvelde tegenstander. Hij vlucht naar zijn grootmoeder, die een soort pluk de dag-mentaliteit heeft. Maak je niet zo’n zorgen, leef. Ook dat blijkt niet Pippins’ding, en als hij door de verteller wordt gewezen op de tirannie van zijn vader, besluit hij in opstand te komen, in dit geval dus via moderne media als Twitter en Facebbook. Maar aangespoord door zijn stiefmoeder moet hij ook daden verrichten, en dus zijn vader doden. In eerste instantie onmachtig doet hij dit, aangespoord door zijn eigen vader. Maar als hij, als koning, zijn idealen uitvoert, blijken deze desastreuze gevolgen te hebben. En op verzoek wordt deze episode teruggedraaid. Zo belandt hij in een burgermansleven, als hij een weduwe en haar zoon ontmoet, en deze hem verzorgt tijdens zijn depressie. Zou dit het leven zijn dat hij wil?
De voorstelling is heel erg modern qua vormgeving. Een computerwereld, met projecties, en schijnbaar onzichtbare openingen waar mensen kunnen verdwijnen en verschijnen. Het ziet er apart, maar ook zeker tof uit. De kostuums van het ensemble zijn futuristisch, al kon het volgens Pippin nog wel wat meer Tron zijn.
Er wordt uitstekend gespeeld. Harry Hepple is aandoenlijk, en weet je mee te nemen op zijn reis. En een geweldig zanger, zoals eigenlijk iedereen in deze cast geweldig zingt. Met uitzondering misschien van understudy Bob Harms voor de verteller, die dit uitstekend compenseert met prachtig spel. Ik zag Harry Hepple al eerder tijdens het ensemblestuk 25th annnual Putnam County Spelling Bee als de met een erectie stoeiende scout, maar hij bewijst nu dat hij nog veel meer kan dan dat. De andere rollen zijn niet zo groot; Frances Ruffelle is fraai als stiefmoeder Fastrada en Caroline Quentin speelt (in haar laatste voorstelling) een mooie grootmoeder. Carly Bawden en Stuart Neil zijn een mooie weduwe Catherine en zoon Theo.
De scriptwijziging in de ontknoping van het stuk doet het zeker goed. Het is zeker allesbehalve briljant, maar geeft het toch nog iets. En de uitvoering ervan, bij het verlaten van de zaal, is dan ook erg leuk gedaan. Aan het einde komt Pippin voor de keus te staan om met glans te sterven door zichzelf in brand te steken, Hij kiest uiteindelijk voor het burgerleven, maar door de belichting is duidelijk dat Theo de volgende is die een dergelijk avontuur gaat beleven. Bij het verlaten van de zaal zien we nu Theo in de puberkamer zitten