De bevestiging voor Andrew Lloyd Webber’s Birthday in the park én de opvoering van Our House in Wimbledon, beiden binnen dezelfde week, dat was de gelegenheid om weer naar Londen te gaan om daar wat musicalbezoeken af te leggen. Door het in de gaten houden van de aanbiedingen was het rooster gedeeltelijk gevuld; de rest zou ik ter plekke aanvullen door bezoekjes aan TKTS en evt de theaters voor day-seats. Met de nachtboot en de trein is het allemaal prima te doen.
Dinsdag 9 september
Gezien mijn adoratie voor Billy Elliot, en wilde ik die voorstelling zeker nogmaals zien; en als je toch voor dayseats gaat staan, waarom dan niet op een dag dat deze 2 x wordt opgevoerd, de zaterdag bijvoorbeeld. Om na te vragen of dat wel mocht trok ik na het afgeven van de bagage als eerste richting Victoria Station. Bij aankomst bleek echter nog de beste dayseatplaats voor dezelfde avond beschikbaar, en ook voor de zaterdagmiddag was nog een plek op de tweede rij vrij. Een wijziging van plan dus, en het antwoord op de vraag moet ik iedereen dan ook schuldig blijven.
De avondshow was geboekt; dus even kijken voor de middag. Ik wist dat Jersey Boys en the Phantom matinee hadden. TKTS had geen van beiden en met in het achterhoofd dat zelfs Billy Elliot nog dayseats beschikbaar had maar eens kijken hoe dat zat bij Jersey Boys. En jawel, er waren er nog. Met dit programma kunnen we deze dinsdag bestempelen als Succesmusical-Dinsdag.
Jersey Boys.
De show kreeg goede kritieken, en loopt ook erg goed. Voor mij is het een gok. Ik vind de muziek van Frankie Valli/the Four Seasons wel ok, maar ben zeker geen grote fan. Bovendien zou dit een jukebox-musical worden over de band zelf, en dat zijn doorgaans zeker niet de meest spannende scripts die er zijn.
Wat dit laatste betreft: het klopt. Het scriptis voorspelbaar, maar mede door de mafia-connecties en het bandlid dat de anderen min of meer belazert is het toch niet al te saai. Een mooie truc om het allemaal nog wat meer tot leven te brengen is door het verhaal uit de ogen van verschillende bandleden te vertellen. Zo krijg je periodes soms twee keer te zien, maar dan vanuit ander perspectief.
De rollen worden goed vertolkt: Ryan Molloy heeft de juiste vocale capaciteiten om de soms idioot hoge noten van Frankie Valli zuiver krachtig en lang te laten horen. Glenn Carter is prima als Tommy de Vito. Maar ook de rest van de cast speelt prima
Wat jammer is is dat slechts zelden de liedjes inhoudelijk deel uitmaken van het verhaal. Het liedje verschijnt meestal als liedje, de song waar de band op dat moment mee optreedt of scoort. Daar staat tegenover dat er veel humor in zit (zoals de running gag over het beginnen van een eigen band) en dat de manier waarop de voorstelling wordt gepresenteerd echt prachtig is. Het spelen met perspectief, en “camerabeelden” is prachtig gedaan. Het geluidsniveau is soms wel erg hoog: de opening, het franse rapnummer op basis van oh what a night is hierdoor bijvoorbeeld niet te verstaan. Gelukkig blijven de bastonen hierna binnen de perken.
Jersey Boys is een smakelijk tussendoortje, maar meer ook niet. Ik zou ook zeker niet ervoor pleiten om deze voorstelling hier in het Nederlands neer te zetten. Daarvoor is zowel de inhoud als de aantrekkingskracht van “the Four Seasons” hier te beperkt. Ook in Londen zat de zaal vol Amerikaanse toeristen. De bijna bejaarde naast me had wel de middag van zijn leven. Zo zong hij lekker mee en stootte hij enthousiaste klanken uit. Hoogstirritant natuurlijk. Daar staat tegenover dat de oproep voor de voorstelling om nu de snoepjes uit de papiertjes te halen er eentje is die overal navolging mag krijgen. Daar heb ik geen last van gehad deze keer.
Billy Elliot
Na de drie voorgaande keren betreed ik het theater al met kippenvel, en beginnen tranen bij bepaalde scenes al te rollen voordat ze zijn gespeeld. Een beginnoot kan al voldoende zijn. Billy Elliot is een open doekje.
De dayseats waren verder niet verkocht, en ik zat dus in mijn eentje op de eerste rij. Dat kon weer leuk worden vlak na de pauze; ik zag de bui al hangen.
Ik had vooraf niet gekeken wie Billy en Michael zouden spelen. Ook in de zaal dit keer geen volwassen kerels met fanshirts van de jonge acteurs, dus het zou een verrassing zijn. Het bleek Fox Jackson-Keen, en als ik het goed heb Lewis Cope als Michael. Een kleine zwartharige Billy, en een erg straight-overkomende Michael. Op basis van de eerste indruk een wat mindere bezetting dan twee eerdere bezoeken, maar dat was al snel verdwenen. Michael ontpopt zich super, en Billy blijkt een eersteklas topper. Gezien zijn reacties op het publiek zou je zeggen dat het een van zijn eerste optredens is. De groeiende lach als het applaus maar niet stopt bijvoorbeeld. Het is niet zo, maar zijn enthousiasme en puurheid is er niet minder om. Fox is de meest atletische die ik tot nog toe zag; iets minder elegant in zijn dans als Joshua, maar wat een sprongen.
Billy Elliot blijft de topper vol humor en emotie. Lach en traan zijn nergens zo verweven als in Billy Elliot. Met een cast die elke keer weer super is, understudy of niet, nieuw , blijvend of terug van weggeweest. Het maakt allemaal niet uit. Elke keer is er diep in me de angst dat de betovering een keer verbroken zal worden. Maar elke keer word ik weer gerustgesteld.