Ik zie dat ik net dat ik nog niet gereageerd heb op Brian’s vraag over Happiness. Wat me zo aansprak? Ik ging in eerste instantie voor Hunter Foster, Joanna Gleason en Susan Strohman. Maar wat me er in aantrekt dat het eigenlijk allemaal kleine verhaaltjes zijn die op een goede manier aan elkaar verbonden zijn. Over het algemeen als je scenes aan elkaar verbindt is de rode draad uitermate zwak, en dat was hier niet het geval. Plus wat ik erg lekker vond is de verscheidenheid aan muziekstijlen zonder dat het storend is, al is ‘The Tooth Fairy Song’ het minst passend tussen de rest. En als laatste dat de cast bestaat uit allemaal ‘door snee New Yorkers’, vaak heb je in een cast allemaal dezelfde soort types zitten, bij Happiness had je zo goed als alle generaties, rassen etc. bij elkaar.
En wat ik eigenlijk ook nog moet noemen, is dat dit de eerste keer was dat ik na afloop bleef nadenken wat ik zou doen in een zelfde situatie. Happiness spiegelt iets voor hoe het na de dood zou kunnen zijn en het is boeiend om te denken waar je zelf in zal eindigen. Maar dat gevoel heb ik nog nooit bij een musical gehad, dat maakt Happiness voor mij ook memorabel.