Column

We are a Family

De tweede column van musicalster Dieter Spileers, exclusief voor Musicalworld.

En zo zit ik nu met kleine oogjes id trein richting Utrecht waar we vandaag een dubbele show hebben van Moeder ik wil bij de revue!. Ik ben een beetje aan het nadenken over mijn musicalloopbaan tot nu toe… Ik heb toch eigenlijk al veel leuke dingen mogen doen en er zijn al zoveel mooie momenten geweest dat ik helaas onmogelijk alles kan onthouden. Ik kan met moeite mijn eigen tekst onthouden. Maar daarover later meer.
Enkele mooie momenten op n rijtje.
Mijn allereerste baan, Sunset boulevard… het moment dat ik de toenmalige Focusstudio’s binnenliep, die bepalende geur rook en dacht: ‘Oh my god!, geen knikkende knieën of droge keel,  ik hoef geen auditie te doen maar ik kom hier gewoon repeteren!!!!!!! ‘  Ik als jonge hond in de grote échte theaterwereld. In 1 ruimte met Joop van den Ende, Paul Eenens, Simone Kleinsma, Pia douwes , wijlen Antonie Kamerling en zoveel andere mensen. Het was alsof de hemelpoorten zich openden en me opslokten in de magische wereld van de musical.

Nog zo’n magisch moment: Mijn eerste stappen op de bühne / planken van het Koninklijk Theater Carré in Amsterdam. (Want daar gingen we met Sunset Boulevard in première). Hand in hand liep ik met Willemijn de Vries (toen ook een nieuwe jonge hond) het toneel op. Het was stikdonker in de zaal. En plots deden ze het zaallicht aan… BAM! Als 2 kleine kleuters stonden we te janken van ontroering en geluk…
Of hoe ik met All shook up/Love me tender ergens in ‘Verweggistan’ ,putje winter. Door de hevige sneeuwval waren Joey en René niet in staat om op tijd in het theater te komen en kregen Jasper Kerkhof en ik een kwartier voor aanvang (toen de show al 20 min. Later begon vanwege het gure weer) te horen dat we op moesten. (mijn eerste keer als hoofdrol) Stress, hyperfocus en go! En wat leuk dat er nét die voorstelling 2 vrienden van me in de zaal zaten. Toen er werd aangekondigd bij aanvang dat de rol van Dennis werd gespeeld door Dieter Spileers hoorde ik een luid gejuich in de zaal want voor hen was het ook een verrassing.
Of die keer dat we door de hevige sneeuwval vanaf het museumplein naar Den haag reden om daar petticoat te spelen. Die busrit heeft behoorlijk lang geduurd, om vervolgens ergens een U-turn te maken en terug te rijden naar Amsterdam…
Of de keer dat ik voor het eerst op was als Fiyero in Wicked, en bij As Long as your mine in vervoering was door de prachtige groene Willemijn Verkaik die voor me op de knieën zat.  Lekker bleiren tegenover elkaar, en dan dé kus waarbij ik de dacht: OH MY GOD ik ben aan het zoenen met Willemijn! Waaaaaaaa terwijl ik enige tijd ervoor letterlijk tussen try out 3 en 4 op een maandag zelf mijn eigen Ja-woord had gegeven.
Of die keer dat ik auditie deed tijdens de montageperiode van Josephine Baker de musicalrevue in Antwerpen voor een of andere Amerikaanse Boysband Jerseyboys… En dat ik keer op keer dichter bij die rol kwam. En dat ik finals moest doen met een Vlaming en 2 andere mannen die ik al kende uit het werkveld. Maar die vlaming, Tim Driessen, wel al gehoord dat ie op West End zou werken, maar nooit echt contact mee gehad. Of toch wel… Toen ik in m’n eerste jaar conservatorium zat, ging de musical Bat Boy op West End in première. En ik wou die vocal score zo graag. Bleek dat er een Vlaming de cover was van de hoofdrol. Via iemand die z’n moeder kende, wist ik die partituur te bemachtigen.

En nu, jaren later, is die jongen, Tim, samen met René van Kooten en Robbert van den Bergh niet meer weg te denken uit mijn leven… Want wij waren / zijn de enige echte Nederlandse Jersey Boys!
Afgelopen seizoen heb ik echt 1001 mooie dingen mogen doen, persreis naar Londen, repeteren in de pineapple studio’s voor het waanzinnige uitmarkt optreden, waarbij we Nederland kennis lieten maken met de Jersey Boys, prachtige voorstellingen, Life 4 you, heel veel gillende vrouwen tijdens het optreden op de telegraaf-vrouwen dagen, het telegraaf kerst concert, gezellige ritten in het A-team busje om ons naar de optredens te brengen, de rare zinsconstructies die soms uit mijn mond kwamen tijdens de voorstelling, en een René die dan tegenover me stond en me aankeek met een blik van ‘dude, serieus… hoe ga je je hieruit redden…’  om maar te zwijgen over de voorstelling waarbij ik even een complete black out kreeg tijdens één van de vele monologen. ‘ons publiek bestond uit … publiek… en hun vriendjes…. Bladiebladiebla… en achter me stond de rest van de cast te gieren van het lachen, terwijl het zweet me uitbrak… gelukkig kan ik er nu om lachen…
van familie moet je het hebben…

N.v.t.