Recensie

Droomvlucht komt niet van de grond

Het maken van een oorspronkelijke, fonkelnieuwe, Nederlandse musical is altijd een grote gok. De afgelopen tijd blijkt (gelukkig) steeds vaker dat Nederland hier klaar voor is en zelf volwaardige producties neer kan zetten.Het concept om een musical te maken van één van de meest bekende Efteling-attracties leek een gouden idee. Helaas maakt de musical Droomvlucht de verwachtingen niet helemaal waar.

In de musical Droomvlucht proberen de makers ons mee te nemen in een droomwereld. De creatives willen ons overdonderen door spectaculaire decors, meeslepende muziek en herkenbare emoties. In werkelijkheid dit blijkt helaas anders. Het publiek krijgt een opvallend kaal prentenboek, luistert naar middelmatige synthesizer muziek en wordt personages voorgeschoteld die nergens het hart weten te raken. Welk verhaal wordt er verteld en waar gaat het mis?

De opstandige puber Lila wordt door haar workaholic ouders voor een weekendje bij haar fantasierijke oma gedumpt. Oma lijkt te vergeten dat Lila te oud wordt om in sprookjes te geloven en geen zin meer heeft verder te werken aan het “elfjesboek”. Lila merkt daarentegen dat oma’s fantasieën misschien minder ongeloofwaardig zijn dan ze van tevoren lijken..

Het verhaal laat zich in een paar regels samen vatten en dat is gelijk het belangrijkste mankement. Het verhaal blijft dun en het script wordt nooit spannend. De personages blijven oppervlakkig. Er wordt veel tijd gebruikt om uit te leggen wie de personages zijn en wat we zien. Waar een dromenrijk eigenlijk de kans zou moeten bieden om zelf te dromen over wat je ziet, wordt het publiek hier aan de hand door het verhaal meegenomen. Hoewel het verhaal een pleidooi is voor het gebruiken van de eigen fantasie lijkt dit in de voorstelling niet toegestaan.
Ook de schrijvers lijken hun fantasie niet te gebuiken: het verhaal (maar tevens sommige stukken muziek en decors) doen sterk denken aan dingen die we eerder zagen zoals bijvoorbeeld Labyrint (de film van Jim Henson), Neverending Story, Lord of the Rings, Hook en Mary Poppins.

Behalve het verhaal valt ook de muziek in negatieve zin op. Er wordt gebruik gemaakt van een band in plaats van een orkest en dit is helaas hoorbaar. De muziek is vlak en lijkt non-stop uit een jaren 80 synthesizer te komen, waardoor deze ietwat afstandelijk blijft; alsof je in de rij staat voor de attractie. Waar men bij feeërieke muziek al snel denkt aan kabbelende harpmuziek heeft men hier gekozen voor een Keltische drek die nooit opwindend wordt. Het idee om het over een andere boeg te gooien is mooi, maar hier mist theatrale kracht.

Het podium is vreemd genoeg vaak enorm leeg. Waar de charme van de Droomvlucht-attractie voortkomt uit de prachtige details is het hier kaal. Het elfenrijk bestaat grotendeels uit bomen. De troon van trollenkoning Furius daarentegen lijkt wel erg veel op het Oog van Sauron uit Lord of the Rings. Toch weet men met weinig middelen veel te bereiken, vooral door de prachtige belichting. De hele zaal wordt gebruikt, tot aan de orkestbak aan toe en het verschijnen van Lila, Krakeel en Oma in de zaal levert vooral voor kinderen een mooi moment op.
Qua aankleding is er weinig op Droomvlucht aan te merken. De grime, de pruiken en de gezichtsprotheses werken uitstekend. Door de vergrote gezichten zijn de trollen vanuit de hele zaal goed te zien en is het contrast tussen hen en de elfen enorm en dit is ontzettend knap gedaan.

Een stuk valt of staat natuurlijk met de acteurs. De actrice die als eerste genoemd moet worden is Vajèn van den Bosch. Met haar elfachtige uiterlijk en haar engelachtige stem is zij een prachtige Lila. Met haar ‘Ik ben er niet’ beroert zij de hele zaal. Aan het einde pakt ze nog een keer geweldig uit en het is jammer dat we niet meer van haar mochten zien tijdens deze productie, maar met haar veelbelovende talent en aanzienlijke CV kan het niet lang meer duren tot ze een volgende hoofdrol te pakken heeft.
Maar een Lila kan pas stralen als ze een goede oma naast zich heeft staan. En dat is Doris Baaten. Ze moet hard werken in de voorstelling om de moed erin te houden, maar haar stem klinkt als een klok en zodra zij op het podium te zien is, trekt ze alle aandacht naar zich toe. Een echte vakvrouw.
Oma’s geduchte tegenstander is Koning Furius. Hij wordt gespeeld door Jorge Verkroost. Met zijn bulderende stem, gemene blikken en grandioze komische timing is Jorge een geloofwaardige Furius die de kinderen in de zaal de stuipen op het lijf jaagt.
Het karakter van Furius doet in de verte denken aan Geert Wilders. Hij fulmineert tegen het gebrek aan integratie van de elfen en doet Oberon af als iemand die voornamelijk kopjes thee drinkt. Doet dit laatste niet heel erg denken aan één van Wilders uitspraken over Job Cohen?
Om de elfen in de gaten te kunnen houden stelt de trollenkoning een spion aan; Fladderedatsj. Fladderedatsj is een soort Gollum-achtig figuur die op charmante wijze gespeeld wordt door Danny Houtkooper. Door zijn komische talent zorgt hij ervoor dat je bijna zou vergeten dat hij één van de slechteriken uit het stuk is. Hij is een slechterik die je in je hart sluit.
Steve Beirnaert komt als Krakeel ook uit Furius’ donkere rijk maar is helemaal niet zo’n duister personage. Hij is een trol die liever als elf geboren was. Zijn personage heeft meerdere lagen in dit eendimensionale stripboek en ontroert dan ook het meest. Hij krijgt gelukkig zijn kans te stralen in het meest swingende nummer uit het stuk; “Let maar niet op mij.”
De koningin en koning uit het elfenrijk overtuigen helaas minder. Rosalie de Jong en Christo van Klaveren hebben nauwelijks onderlinge chemie en hierdoor is niet geloofwaardig dat zij samen als standvastig stel over een toverachtig rijk regeren. De kaarsrechte jurk die Rosalie aan heeft is een stijlbreuk met de attractie en de rest van de aankleding. Deze is alles behalve charmant en geeft nog meer reden te geloven dat de Jong hier niet erg op haar plaats is. Ze heeft een heerlijk hard stemgeluid en de verschijning van een bad girl en je mag hopen dat ze in een volgende musical een heerlijk loeder mag spelen. Dat zal ze een stuk overtuigender doen dan als lieflijke elfenkoningin. Christo van Klaveren heeft de rol van Oberon overgenomen van Hugo Haenen, maar helaas komt hij vocaal ernstig te kort. Zijn stem is wat zacht en dit komt niet ten goede aan de verstaanbaarheid. Met de duidelijk verstaanbare stem van de Jong doet hij in duetten duidelijk voor haar onder.

Absoluut ‘lest best’ is de choreografie. Waar de show op een groot aantal punten tekort schiet, is de choreografie haast volmaakt te noemen. Deze is ontzettend slim en origineel en vult het gebrek aan decor moeiteloos op. Tijdens ‘Iedere stap vooruit’ maken Oma, Lila en Krakeel een tocht door het bos. Het ensemble is tijdens deze scene overal. Zij functioneren als loopbrug, zwaaitouwen, evenwichtsbalk en dit alles door een tot in de puntjes uitgewerkte choreografie uit te voeren. Een pracht scène. Maar overal is veel aandacht besteed aan de bewegingen van alle personages. Het meest valt het verschil tussen de trollen en de elfen op. Toch zijn er ook kleinere verschillen op te merken; zo is Oma in de sprookjeswereld lichtvoetig en in de wereld van alledag hangen haar schouders naar beneden. Overal is op choreografische wijze aan gedacht.

Al met al is duidelijk dat Droomvlucht een productie is die met veel liefde en zorg gemaakt is, maar helaas pakt dit hier niet zo goed uit. Het uiteindelijke product geeft het gevoel alsof het, mits in afgeslankte vorm, een prima parkshow voor de Efteling zou zijn geweest. De pretentie van het samenwerkingsverband tussen Stage Entertainment en de Efteling was daarentegen heel anders. Als zelfstandige grote musical stelt Droomvlucht ernstig teleur.

Foto’s: Roy Beusker

09 October 2011
Première
Kaatsheuvel
Efteling Theater
http://www.demusicaldroomvlucht.nl/
Recensie, premiere, Droomvlucht, Efteling, Doris Baaten, Vajen van den Bosch, Rosalie de Jong, Jorge Verkroost, Steve Beirnaert, musical, Danny Houtkooper, Christo van Klaveren, elf, trol