Wie in Nederland de naam Ann Christy laat vallen, zal zeker nu vooral een vragende blik terugkrijgen. Verstokte songfestivalfans zullen misschien ‘Gelukkig zijn’ noemen, het lied dat België vertegenwoordigde bij het Eurovisie Songfestival in 1975, het jaar dat “wij” wonnen met Ding-a-dong. Mensen van een zekere leeftijd, zoals ik, die qua muziek over de grenzen keken, kennen haar zeker wel. Voor mijzelf is ze vooral de vertolker van de Nederlandse vertaling van de kippenvelklassieker The Rose. Want niet alleen Bonnie St. Claire schonk ons een wonderschone De Roos, ook Ann Christy deed dat. Maar als Nederlander weet ik weinig over het leven van Ann Christy, behalve dat ze erg jong aan kanker is gestorven.
Of dit meespeelt in de beleving van de eerste akte, weet ik niet, maar het voelt soms een beetje zoeken. De voorstelling begint met een blik in de kleedkamer van Ann, waar ze zich voorbereidt voor haar televisie-come back. We maken kennis met goede vriendin Vera, en een wat nerveuze productie-stagiair David. Vervolgens worden sprongen in de tijd gemaakt, naar het moment dat Ann Christie (toen nog Christianne) als zangeres wordt ontdekt door haar latere echtgenoot Mark. Hoewel met subtiele decorwisselingen de sprongen wel duidelijk worden gemaakt, is zijn de momenten soms niet meteen goed te plaatsen. Vooral de tweede akte, waarin de dramatische ontwikkelingen uiteindelijk tot het onvermijdelijke eind leiden, maakt van deze musical toch een sterk geheel.
“Ik leef voor jou” is de titel van het lied dat Ann Christy tijdens het televisieoptreden gaat zingen. Met de blik van nu is dit titel bijzonder cru. In de veronderstelling genezen te zijn, maar weldegelijk nog last hebbend van allerlei pijntjes wordt ze op doktersadvies onwetend gehouden. Ook dat kunnen we ons niet voorstellen, net zo min als het onmenselijke Moerman-dieet, wat maar even wordt aangestipt. Een therapie die mijn leeftijdsgenoten zullen herkennen, maar inmiddels bewezen onzin is.
Wat duidelijk in de voorstelling naar voren komt is dat Ann Christy een warme vrouw was, die een enorme drive had om op te treden, maar voor wie haar zoon Benjamin (uitgesproken op z’n frans) het allerbelangrijkste was. Hem achterlaten bij zijn chaotische vader voelde voor haar het allermoeilijkste. De sneeuwbol, die de jongen krijgt – elke keer als het sneeuwt weet je dat je moeder aan je denkt – is daar een mooi voorbeeld van.
Er staat een uitstekende cast op het podium. De zang is uitstekend, en de personages komen echt tot leven. Timon Meert als de wat nerveuze productieassistent David is de eerste die je in je hart sluit. Lotte Stevens is die leuke, montere vriendin. Milou van Mieghem is lekker direct als de Nederlandse Mary Boduin (over een lied van een ander: “mensen die zulke nummer schrijven zouden ze moeten afknallen”). Daphe Wellens is vocaal zeker geen Ann Christy kopie, maar draagt de voorstelling op uitstekende wijze. Dat het spelen van haar moederliefde vast flink wordt geholpen door Daan de Smet, die een oerschattige Benjamin vertolkt, doet daar niets aan af.
De samenstelling van de liedjes is knap gedaan. Vaak krijgt song extra lading, doordat de tekst ineens goed bij de situatie blijkt te passen. Bla Bla Bla, in combinatie met Nacht is daar het sterkste voorbeeld van. Op een ander moment brengt het juist wat lucht en vrolijkheid, zoals bij Douce, dat door de drie dames wordt gezongen.
Dat de voorstelling wordt afgesloten met De Roos is misschien te verwachten, maar een mooier, tranentrekkender einde kun je er niet van maken. Het zorgt ervoor dat je toch eerst nog even naar adem moet happen, alvorens de makers hun welverdiende applaus te gunnen.
In Nederland werd bij de musical rond André Hazes de nabestaande er dusdanig bij betrokken dat de titel wat mij betreft “Ik geloof het niet” had kunnen heten. Bij deze productie was zoon Benjamin betrokken, en het resultaat voelt als een integer, waarheidsgetrouw verhaal, waarin, op David na waarschijnlijk, alle personages echte mensen zijn. Mensen die het beste met elkaar voor hebben, wat een enkele keer tot vuurwerk leidt. Het levert een fraaie scene op. “Ik leef voor jou” is een ontroerend portret, met een aantal voor mij onbekende, maar mooie songs. Het zien zeker waard.
Scenefotos: Wanne Synnave
Overige fotos: Musicalworld