Achtergrond

Musicalkritiek in Nederland

Gedegen onderzoek naar het verschil tussen conceptmusicals ("Tarzan") en originele musicals ("Doe Maar") en de manier waarop deze voorstellingen gewaardeerd worden, bestaat vrijwel niet. Tot nu. Jaap Beemster heeft een scriptie geschreven dat nu volledig in te zien is via Musicalworld.

Stage Entertainment en V&V Producties produceren voornamelijk Nederlandse versies van buitenlandse musicals. Meestal moeten ze hierbij een al uitgedacht concept volgen. Af en toe komen ze met een ‘eigen’ product, dus een originele musical. Het verschil tussen deze originele musicals en buitenlandse conceptmusicals is dat de creatieve inbreng en vrijheid in het productieproces veel groter is bij originele musicals. Ik vermoed daarom dat originele musicals door de spelers in het kunstenveld — makers, uitvoerders, wetenschappers, kunstcritici, etc. — interessanter worden gevonden. Zo kan ik me voorstellen dat kunstcritici (musicalrecensenten) originele musicals anders beoordelen dan conceptmusicals, omdat ze de eerste vorm boeiender vinden.

Om te onderzoeken of deze stelling juist is stel ik de volgende onderzoeksvraag:

  • Worden de argumenten die musicalrecensenten gebruiken om hun oordeel te onderbouwen op een andere manier gehanteerd bij conceptmusicals vergeleken met de manier waarop argumenten gehanteerd worden bij de onderbouwing van het oordeel over originele musicals?

De ondersteunende subvragen die ik hierbij stel zijn:

  • Welke argumenten worden door musicalrecensenten voornamelijk gehanteerd in de beoordeling van conceptmusicals en originele musicals?;
  • Bestaat er overeenstemming in de soorten argumenten die gebruikt worden bij de beoordeling van conceptmusicals en originele musicals?;
  • Hanteren recensenten in de beoordeling van conceptmusicals en originele musicals voornamelijk positieve of negatieve argumenten? 

Om deze vragen te beantwoorden ga ik in deze scriptie 45 recensies — verdeeld over vier conceptmusicals en vier originele musicals — onderzoeken. Een onderzoek naar musicalkritiek in Nederland is nog niet eerder gedaan. In de wetenschappelijke literatuur wordt überhaupt weinig geschreven over musicals. Nederlandse auteurs waar doorgaans naar wordt verwezen zijn Brouwer (1983), Ewijk (1993), Scholten (2000 en 2004) en Kreiken (2006). Hun werk is echter grotendeels beschrijvend van aard en is niet overal actueel meer. Deze scriptie is daarom een toevoeging aan de musicalliteratuur.

Benieuwd naar het hele verslag?
pdf Klik hier om het PDF document te downloaden. (pdf - 349kb)

Jaap Beemster heeft deze scriptie geschreven aan de Rijksuniversiteit Groningen, faculteit Letteren en mag zich vanaf nu “Bachelor Kunsten, Cultuur en Media” noemen. Daarnaast zullen de vaste bezoekers van Musicalworld hem beter kennen als Jeap.

N.v.t.
literatuuronderzoek, musicalkritiek, nederland, jaap beemster, musicals, mamma mia, joseph