Recensie

Final Presentations DAPA en NME: Bring It On

De afgelopen dagen presenteerden de studenten van de DAPA met Bring It On de eindvoorstelling van hun leerjaar. Ook de Kids en Junoirs van NME lieten dit weekend zien wat ze kunnen.

De jongste groep, NME Kids In Training, brengt een sprookjesvoorstelling: Er was eens 2.0. Bij de openingsnoten lijkt het even of ze Into The Woods gaan doen, maar dat blijkt uiteindelijk niet het geval. Een nieuwe generatie sprookjesfiguren heeft het van de ouders overgenomen, maar ze blijken er behoorlijk van te balen elke keer opnieuw het oude verhaal te beleven. Ze krijgen een hekel aan de openingszinnen, en sommige feiten zijn ook niet meer waar. Zo zijn de Hans(je) en Grietje van nu de kinderen van Hans respectievelijk Grietje en zo dus nichtjes van elkaar. Ze besluiten hun sprookjes te gaan herschrijven, maar kan dat eigenlijk wel. Een snoephuisje veranderen eentje met meer verantwoorde bouwmaterialen misschien nog, maar kun je de heks uit haar huisje zetten. En wat moet degene met de meeste problemen: de prins die in meerdere sprookjes moet opdraven en daar geen zin meer in heeft, een burn-out nabij is en nog steeds erg populair is bij de prinsessen. En bloeit er nu wat tussen Roodkapje en de inmiddels vegetarische wolf.
Hoewel het verhaal weinig structuur kent is het gegeven een mooie kapstok voor een stortvloed aan grappen. Sommige zijn voor iedereen duidelijk, andere meer op volwassenen gericht, zoals wat sneren naar de hedendaagse maatschappij. De sprookjesfiguren zijn ook kinderen van deze tijd: zo wordt er een what’s app groep gemaakt om het rooster voor de prins te kunnen maken. De tegenstelling tussen de als wat oubollig ervaren sprookjes en het nu werkt goed op de lachspieren.
Vanzelfsprekend is het bij een voorstelling met jonge kinderen het belangrijkste dat ze op het podium naar hun zin hebben, al is er een overduidelijk niveauverschil te zien, en zo het me niet verbazen als we een sommigen ook in een kindercast van een professionele productie terug gaan zien. De prins bijvoorbeeld straalt, heeft een geweldige timing en tekstgevoel, en kan nog goed zingen ook. Ook het duo roodkapje en de wolf speelt hun verhaallijn erg goed, en Pinkie(Klein Duimpje junior) is onmiskenbaar een talent in de dop.
Song technisch vliegt de voorstelling alle kanten op. Er zijn eigen teksten gemaakt op bestaand songmateriaal: Aan het begin herkennen we bijvoorbeeld Into the woods. Er zijn wat eigentijdse songs gebruikt, waaronder het swingende eindnummer Euphoria, maar ook Ja Zuster Nee Zuster komt voorbij, en is één van de hoogtepunten de geweldige Nirvana-bewerking die het RO Theater voor hun Lang en Gelukkig maakte.
De keuze om in deze voorstelling veel wat meer volwassen grappen te doen heeft zijn voor- en nadelen. Uiteraard maakt dit het geheel grappiger om te zien, en op deze manier ook zeker leuk voor mensen die totaal geen binding hebben met één van de acteurs. Daar staat tegenover dat de spelertjes niet altijd op de beste manier met de tekst omgaan, omdat ze waarschijnlijk geen idee hebben dat het grappig is. En het gekke is, ook dat maakt het soms dan weer extra leuk.

NME Junior Akademie bestaat uit jongvolwassenen, en zij spelen dan juist weer een traditioneel sprookje, al zit er hier en daar zeker wel een twist. De eerste gedachte bij het zien van Assepoes is voor veel mensen waarschijnlijk: Mamma Mia, wat een sprookje. De voorstelling wordt namelijk muzikaal gekleurd met Abba-liedjes, en opent (eveneens) met ‘I have a dream’. Natuurlijk droomt Assepoester over hele andere dingen dan Sophie. Haar vader heeft zo zijn eigen problemen: hij wil knuffelen met zijn vrouw, maar deze is al een tijd overleden. Als petemoei zorgt voor een vrouw aan de deur, een arme naaister, maar wel aangetrokken door alle luxe in het huis, moet vader daar niets van hebben. Maar als deze weduwe twee dochters blijkt te hebben in de leeftijdscategorie van zijn dochter gaat hij toch om. De stiefzusters die Assepoester zo krijgt maken misbruik van haar vriendelijkheid, en voor ze het weet is vader weg, en zij het sloofje in huis. Als twee (vrouwelijke) bodes het bal aankondigen, blijkt zij gecharmeerd van een van de stiefzusters, maar die wil niet gaan voor minder dan de prins zelf.
Omdat de teksten slechts deels op het verhaal slaan worden de Abba-songs in het Engels gezongen. Natuurlijk passen de lyrics van nummers als ‘Gimme Gimme Gimme’ en ‘Take a Chance on me’ deels prima, en de energie van de liedjes zorgt tevens voor vaart in de show.
De cast doet het lekker. Er wordt goed strak gedanst (onder andere eentje als koets; het moet toch niet makkelijk zijn met zo’n paardenhoofd op je kop) en heerlijk gespeeld, al is het op momenten wel iets te hysterisch. De stiefzussen zijn enorme valse egoïstische krengen, Assepoester is veel te goed voor deze wereld en haar vader wel een rare snuiter. Petemoei blaast je omver met een fenomenale ‘The Winner Takes it All’, en de personeelsleden van het paleis schitteren in een fraaie scène bij de deur van de prins, die zich heeft opgesloten.
03 July 2015
Reguliere voorstelling
Den Haag
Koorenhuis
http://www.musicalopleiding.nl/

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen