Perspresentatie

The Last Ship naar Carré

Sting kwam gisteren persoonlijk langs om de pers en fans op de hoogte te brengen dat hij te zien zal zijn in de door hemzelf geschreven musical “The Last Ship”. Een verslag van deze middag.

Het nieuwsbericht is natuurlijk overal al rondgegaan. Dit is vooral een verslag van de middag, waar Sting de musical The Last Ship aankondigt in het theater waar deze januari komend jaar te zien zal zijn.

Met Ship in de titel en een theater aan het water mag het niet verwonderen dat Sting deze middag per boot aankomt. Waar we dagen stralende zon hadden, is juist deze middag het weer zeer wisselvallig, en het aankomstmoment wordt dan ook wat uitgesteld vanwege een stortbui. In zekere zin passend bij het thema van de voorstelling, waarover later meer. Dat er ook veel fans bij deze presentatie aanwezig zouden zijn, was in de uitnodiging (onder embargo) niet duidelijk. Het zorgt ervoor dat de ster zich na het aanmeren door een menigte geloodst moet worden, en het gedrang en het afschermen door beveiliging maakt dat je alleen een foto kon maken als je toevallig goed stond. Het derde moment geeft iedereen een goede kans een plaatje te schieten, maar laat vervolgens lang op zich wachten. We horen dat Sting aan het soundchecken is (en gaan uit van miscommunicatie, wat wordt versterkt door de technici die ter plekke nog een rek aan het geveldoek moeten bevestigen), en met de dreigende lucht is het spannend of we het droog houden. In de wachtende menigte wordt volop gepraat, en het is leuk om te horen dat er mensen zijn die al een hoop informatie over deze musical hebben. Sting laat zich uiteindelijk op het balkon zien, wuift het publiek toe (waarvan wonderwel niemand onder een door de menigte rijdende auto is beland) en moet zich even royalty hebben gevoeld.

In de zaal voert directrice Madeleine van der Zwaan het woord. Eerst nog wat geheimzinnig over wat ze gaat aankondigen, om vervolgens tot de conclusie te komen dat het eigenlijk niet nodig is, omdat iedereen het toch wel weet. Karl Sydow krijgt eerst het woord. De ervaren producent lijkt wat zenuwachtig, maar levert een gevatte speech af. Niet alleen het publiek wordt bedankt, maar ook het weer, zodat ze zich Londens thuis voelen. Vervolgens kondigt hij de speciale gast aan: de nieuwe premier van Nederland. (Sting zou bij zijn bezoek aan Lübach deze avond hier ook een grapje over maken – waarschijnlijk hierdoor geïnspireerd). Om vervolgens te refereren aan een bijeenkomst waar de speciale gast waarlijk geen introductie behoefte: omdat hij (“the fucker”) niet de moeite had genomen te komen. Voor die van vandaag zijn alleen maar lovende woorden. Net als voor de musical, die hij op Broadway zag, en graag met Sting wilde door ontwikkelen.

Componist, tekstschrijver en – voor de Carré-voorstelling – hoofdrolspeler krijgt bij opkomst een daverend applaus. Na een compliment voor het wereldberoemde theater,  waar we zitten, vertelt hij over zijn voorstelling. Dat het een persoonlijke voorstelling is, die zich afspeelt in zijn geboortestad. Hij is pal naast een scheepswerf geboren (een foto van een gigantisch zeeschip aan het eind van die straat vol kleine rijtjeshuizen, die bij Lübach wordt getoond oogt surrealistisch). Hij beschouwde die werf als een gevaarlijke duistere plek waar hij voor geen goud wilde werken. We weten dat dit, met een studiebeurs en vooral het leren gitaarspelen, gelukt is. Zijn vader wilde dat hij, net als hem, ingenieur zou worden. Zijn moeder was musicus en inspireerde hem tot een carrière in de muziek. Dit tegen het zere been van vader, want er is geen droog brood te verdienen in muziek. De spanning tussen vader en zoon is een van de thema’s van de musical. In de voorstelling wil de vader dat zijn zoon op de werf komt werken. Er zit ook een liefdesgeschiedenis in. Een jongeman die bij de marine gaat, jaren later terugkomt en dan de dochter ontmoet, waarvan hij niet wist dat hij die had. Daarnaast is menselijke waardigheid, die mensen aan werk ontlenen, een belangrijk thema. Dat maakt (interpretatie van de auteur van dit stuk) de voorstelling in zekere zin een soort Billy Elliot 2, dat zich in dezelfde regio van Engeland afspeelt: een regio die het dus nogal voor de kiezen heeft gekregen.

Hij illustreert zijn verhaal met een aantal nummers uit de show – na een valse start, omdat hij vergat in te pluggen, grappend dat hij daar normaal mensen voor heeft. Het titelnummer, Dead Mans Boots ,“The night the pugilst learned how to dance” en “August Winds”. In 1990 bracht Sting het album “The Soul Cages” uit, en daar werd het zaadje voor de musical geplant, met de hitsingle “All this time”, die hij ook zingt. De zanger heeft het zo naar zijn zin, dat hij afsluit met een van zijn Police-hits. Niet Roxanne, waar iemand uit het publiek om riep, wel “Every breath you take”.
Tot slot wordt de belangrijkste informatie nog één keer herhaald. Januari volgend jaar, Sting speelt daadwerkelijk mee en je kunt je via de site van Carré al aanmelden voor de voorverkoop.

Musicalworld.TV was niet beschikbaar, dus hier geen bewegend beeld van zijn optredens. Het “landingsbaan”-gevoel tijdens de nummers geeft echter genoeg reden om aan te nemen dat het niet moeilijk is de beelden van de uitstekende vertolkingen ervan elders op het internet terug te vinden.

05 June 2025
Overig
Amsterdam
Carré

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen