Recensie

Cast Fame worstelt met Engelse taal

De eerste van de twee producties van Fame die we dit seizoen in de theaters kunnen zien is de Engelstalige, met een grotendeels Nederlandse cast. Hoewel de show zeker zijn hoogtepuntjes heeft weet deze als geheel geen grote hoogte te bereiken. Voornaamste euvel is de Engelse uitspraak, of de overconcentratie op die uitspraak die ten koste gaat van het spel.

Dramatisch dieptepunt is het optreden van Hans van der Togt en Jody Bernal. De ex-televisiepresentator valt op zijn best niet op, en op zijn slechtst is het vertoonde spel zwak, en de uitspraak nog erger. Zanger Bernal acteert op het niveau van een schoolvoorstelling, maar zakt vocaal ook regelmatig door het ijs. Twee gevallen van stunt-casting die faliekant verkeerd zijn uitgepakt, en nogal op de beleving van de show drukken.

Het decor is betrekkelijk simpel en toch ingenieus: Een stellage die rond kan draaien, zodat tegen de verschillend gedecoreerde zijkanten scenes kunnen worden gespeeld. Het is tevens een plateau, zodat er op twee niveaus kan worden gespeeld. Het orkest zit op het podium in het midden van deze stellage, maar draait niet mee. Maar het decor zorgt meteen ook voor een nadeel. De ruimte van decor tot podiumrand is vrij krap, zeker als de hele cast daar dansend moet openen. Het levert een rommelig ogende opening op, in plaats van een flitsende start. Dit wordt in de voorstelling nog versterkt door het enorme verschil in niveau, die er voor zorgt dat je speciaal op de goede dansers gaat letten, in plaats van het totaalplaatje over je heen te laten komen.
Al vanaf de opening valt het Nederlandse accent van de (meeste) castleden op, en het stoort. Tegelijkertijd lijkt het er op dat ze dit zelf ook weten, en dus vervolgens weer meer bezig zijn met de uitspraak dan met het spelen van de rol. Laat ze voortaan gewoon weer in het Nederlands spelen, en mochten ze buitenland-ambities hebben, deze snel in de kast zetten.

Het verhaal van de musical Fame heeft niet veel om het lijf. De strubbelingen van een aantal scholieren op de High School of Performing Arts hebben veelal weinig diepgang. De worsteling van Tyrone en de aftakeling van Carmen zijn de heftigste; de andere kabbelen een beetje voort. Ook is de soundtrack nogal wisselvallig. Soms zit een song juist de dramatische spanning in de weg. Zo is het sterkste moment van Donna Lynton als Mrs Sherman wanneer ze aan Tyrone aangeeft dat ze echt het beste met hem voor heeft; in één klap is ze niet meer een secreet, maar een docente met een drive. De song “These are my Children” voegt dan niets meer toe; de boodschap was al duidelijk.

Qua verhaallijn is de vrouwelijke droomrol van Fame de rol van Carmen. Deze geeft alle gelegenheid om te schitteren. Daniela Valvano slaagt hier totaal niet in. Ze zet Carmen nogal kleurloos neer, waardoor de aftakeling van temperamentvolle latina tot ten dode opgeschreven junkie een achtergrondverhaaltje wordt. En dus moet deze Fame steunen op vooral de andere verhaallijnen. Gelukkig worden deze ook beter opgepakt. Casey Francisco haalt alles uit haar rol van Mabel. Ze speelt de worsteling met haar gewicht leuk en overtuigend en weet van Mabel’s prayer, dat in een heel sterk gospelarrangement is gestoken, de topper van de show te maken. Een minutenlange ovatie is na de vertolking van dit lied haar deel. Waar Carmen zeer vlak acteerde, wordt Schlomo juist weer wel heel goed neergezet. Danny Houtkooper sneuvelde in het televisieprogramma van de andere productie voor deze rol, maar laat zien dat hij de rol echt aankan. Als het bergafwaards gaat met Serena wordt het pas echt emotioneel als hij haar zijn liefde verklaart. En hij heeft een prachtige stem. Dat laatste kan ook gezegd worden van Vincent de Lusenet, die Nick goed neerzet. Tegenspeelster Madelon van der Poel laat zien dat een enkel vals nootje niet bezwaarlijk hoeft te zijn voor een sterk optreden. De romance tussen Nick en Serena is niet de meest boeiende verhaallijn van Fame, maar steekt er in deze versie wel uit. Ivo Chundro mag zich uitleven als Tyrone en doet dat ook. Zeer sterk gedanst, sterk gespeeld en prima gezongen. Bij het docentencorps halen de docentes (Heddy Lester en Donna Lynton) nog net een voldoende.

Helaas wordt het totaalbeeld van de show toch vooral bepaald door de mindere punten van de show. De chaos op het podium op sommige momenten overschaduwt de kleine pareltjes die er zeker ook tussen zaten. Helaas blijft de storende Nederlandse tongval en accenten in de gedachten hangen. De spetterende finale bevestigt het gevoel dat het veel beter kan dan de show ervoor. Jammer.

08 October 2007
Première
Zaandam
Zaantheater
Fame, musical, engels, hans van der togt, ivo chundro, casey francisco, madelon van der poel, school of performing arts, jody bernal, heddy lester, danny houtkooper, donna lynton

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen