Recensie

Jabber: ondanks fantasietaal toch te volgen ⭐⭐⭐

Vogels kunnen we niet verstaan. Ook in de voorstelling Jabber spreken ze geen Nederlands, maar de mengelmoes van talen en gebaar. Het maakt dat we ze toch prima kunnen volgen.

Drie vogels wonen in een groot nest. Ze zijn alle drie nogal verschillend. Een is de bouwer, die continu op zoek gaat naar takjes ( Lucas Schilperoort). De tweede (Jochem Smit) is vooral op zoek naar voedsel, en verzamelt vruchtjes en wormen. De derde (Rogier van Erkel) is een beetje een dromer, en een kritische eter. Hij denkt aan de wijde wereld. Als ze terugkomen van een trip blijkt er opeens een vreemde vogel in hun nest te slapen. Deze vogel Sarah Bannier, komt van ver, heeft haar handen meer dan vol aan haar bagage, en spreekt een andere taal. En waar de eerste twee hier een regelrechte bedreiging zien, raakt de derde betoverd.

De voorstelling Jabber van Kwatta is in een fantasietaal geschreven. Maar verwacht geen Jan Hanlo-achtige klanken zoals ‘Oote (oote oote boe)’; de taal die Jibbe Willems voor deze voorstelling maakte is een veelal een allitererende mix van woorden uit allerlei talen, of soms alleen de globale klank ervan. In combinatie met de gebaren maakt het dat we als publiek, ondanks dat we het niet letterlijk kunnen verstaan, toch wel kunnen begrijpen wat de vogels op het podium bedoelen. Vooraf aan de voorstelling wordt ouders gevraagd niet aan hun kinderen te vragen wat er gezegd wordt, als ze het niet begrijpen. Dit suggereert dat kinderen een voorsprong hebben; iets wat voor talige ouders natuurlijk niet echt het geval is. Maar grappig is het wel dat, hoe veel of weinig je letterlijk verstaat, iedereen toch de voorstelling begrijpt. Uiteraard kunnen er diepere boodschappen worden gelezen in dit stuk. Of je dat nu wel doet of niet, Jabber is op meerdere niveaus zeker genietbaar.

Jabber, dat we op zijn Amerikaans moeten uitspreken gezien de aankondiging, is een zeer muzikale voorstelling. De pianist van dienst, Edzo Bos, heeft zijn handen vol aan de composities van Rogier Bosman, met als resultaat wat we als een doorgecomponeerd stuk kunnen omschrijven. Niet heel toegankelijk, en enigszins repetitief, maar zeker mooi. De acteurs spelen hun rollen overtuigend, wat ze tot herkenbare personages maakt. Het decor van Barbara Kroon bestaat uit een nest, dat ook een half open kooi zou kunnen zijn, en ziet er fraai uit.

Jabber gaat de grens over, en is begin volgend jaar ook in Philadelphia te zien. Interesse is er uit landen als China en Egypte. Volgend seizoen is er in Nederland in ieder geval al een reprise gepland. Wie dit seizoen nog wil kijken kan dit weekend nog terecht in Arnhem en Drachten, en op 27 januari in Apeldoorn.

Foto’s: Laura Luca

 

11 November 2018
Reguliere voorstelling
Rotterdam
Schouwburg Rotterdam
https://www.kwatta.info/

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen