Recensie

Première Jersey Boys: Utrechtse jongens

De heren uit Jersey knallen van het podium: snelheid, lekkere muziek, een aantrekkelijke cast inclusief nieuwe ster en vooral een hele slimme regisseur. Inclusief reportage van Musicalworld.tv.

De musical Jersey Boys verovert de wereld en dat is opmerkelijk te noemen. De show over de opkomst van Frankie Valli and the Four Seasons is een typisch Amerikaans succes verhaal: jongens uit de achterbuurten van Jersey die uitgroeien tot een wereldact, maar nooit helemaal loskomen van hun verleden. Dat de show na de premiere in 2005 in New York volle zalen trok was wellicht te voorspellen, maar ook in Londen gaat de show alweer 5 jaar mee.  Er is dus blijkbaar iets magisch aan de hand met deze voorstelling.

In Jersey Boys wordt het verhaal verteld van Frankie Valli en the Four Seasons. Alle vier de heren krijgen in een acte (genoemd naar de vier seizoenen) de kans om hun versie te vertellen van de weg naar de top. Die weg is niet zonder hindernissen: van de kleine criminaliteit uit de beginjaren tot gokschulden, scheidingen en ruzies later. Heel spannend theater levert dat niet altijd op, maar regisseur Des McAnuff weet dat te verbloemen door het tempo ongekend hoog op te voeren en het publiek te overdonderen met de ene tophit na de andere.  McAnuff’s regie is een schoolvoorbeeld van hoe je van heel weinig iets heel groots kunt maken. Subliem.

De Nederlandse uitvoering is van hoog niveau. De vier mannen verliezen in hun moedertaal het sappige Jersey accent, maar overtuigen verder op alle fronten. De ontdekking en ster van de avond is zonder twijfel Tim Driesen als Frankie Valli. Het moment dat hij voor het eerst zijn falsetto stem laat horen is magisch en hij weet de aandacht de hele avond moeiteloos vast te houden. Dat komt ook doordat zijn rol de meeste kleur krijgt; Driesen weet door zijn spel Frankie Valli een man te maken waar je als publiek van gaat houden. Zijn grote dramatische solo “Fallen Angel”  komt keihard aan. Driesen debuteert in een Nederlandse productie, maar speelt misschien nu al de rol van zijn leven. Het is maar zelden dat je een ster op het podium geboren ziet worden: dit is zo’n moment.

Veteraan Rene van Kooten speelt het zwarte schaap Tommy DeVito: de arrogante ritselaar die de groep uiteindelijk in gevaar brengt door zijn goklust. Van Kooten maakt er een charmante klootzak van die, hoe verder de voorstelling vordert, steeds donkerder en naarder wordt. DeVito werpt zich op als verteller van het “echte”  verhaal, maar wordt uiteindelijk door zowel groep als publiek uitgekotst. Naast hem staat Robbert van den Bergh die bassist Nick Massi speelt. Massi is misschien wel het spannendste karakter van de voorstelling; een man die vaak zwijgt, observeert en uiteindelijk kiest voor zichzelf. Van den Bergh is een aantrekkelijke keuze voor de rol, maar haalt niet alles uit de rol wat erin zit; vooral de komische elementen van zijn karakter komen niet helemaal uit de verf. Maar zijn lage bas is een genot om naar te luisteren. Dieter Spileers completeert het viertal als Bob Gaudio; het muzikale genie achter The Four Seasons. Hij is zeker in de eerste helft van de voorstelling onweerstaanbaar als de slimme jongen met een andere achtergrond dan de anderen. Later in de voorstelling werkt zijn jonge uiterlijk hem een beetje tegen, maar hij weet zonder moeite te overtuigen. Hugo Haenen duikt in vele gedaantes op, maar weet vooral van maffiabaas Gyp DeCarlo een lekker typetje te maken. Barry Beijer speelt een verrukkelijk nichterige Bob Crewe en weet bijna elke scene waar hij in zit onder de reet van de anderen weg te kapen.

Het ensemble werkt zich in het zweet met ongekend veel pruiken- en kostuumswisselingen. Veel mensen zullen pas bij het applaus gemerkt hebben dat het maar uit acht mensen bestaat. Alweer een voorbeeld van de fantastische manier waarop Des McAnuff weet te toveren met mensen. Hij tovert ook met beelden en weet optimaal gebruik te maken van het decor van Klara Zieglerova, die een spannende combinatie maakte van industrieel metalen constructies en projecties die sterk beinvloed zijn door pop art kunstenaar Roy Lichenstein. De band onder leiding van Rene op den Camp speelt waanzinnig en weet de hits nog lekkerder te laten klinken dan verwacht. De vocale kracht van de cast maakt dat het muzikale deel van de show indruk maakt en regelmatig kippenvel oplevert.

Jersey Boys is weer eens wat anders dan de zoveelste familievoorstelling. Stage Entertainment gokt met deze voorstelling waarschijnlijk op dezelfde doelgroep als “Hij Gelooft in Mij”: een wat ouder, kapitaalkrachtig publiek met veel herinneringen aan de tijd van Valli and the Four Seasons. Maar laat dit jongeren vooral niet tegenhouden om de show te gaan bekijken. Het is een eersteklas productie van een schitterend geregisseerde topmusical waar maar weinig mensen weerstand aan zullen kunnen bieden. “Oh What a Night!”

 

De Dailymotion-versie van deze reportage:

22 September 2013
Première
Utrecht
Beatrix Theater
Officiële website
Jersey boys, utrecht, rene van kooten, tim driesen, robbert van den bergh, dieter spileers, chantal janzen, joop van den ende, four seasons, frankie valli

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen