In de grotere steden van Twente waren al grote buitenvoorstellingen te zien als Stork, Het Verzet Kraakt en Van Katoen en Nu, maar ook bijvoorbeeld in een kleinere plaats als Nijverdal was er al een te zien. Voorstellingen die op een een of andere manier te maken hebben met de historie van de plaats of de omgeving, waarin mensen uit de regio meespelen, en velen helpen als vrijwilligers. Voorstellingen ook met een heel korte, maar krachtige speelduur, die vooral mensen uit de regio trekken. De meest recente is “De Geheime Bende van Losser”. Je zou kunnen denken dat dit een smokkelverhaal is, gezien de ligging tegen de Duitse grens, met inderdaad een rijk smokkelverleden. De titel van de voorstelling is echter de naam van een radiopiraat in het dorp –regionale piratenzenders zijn hier nog steeds populair - en is vooral een coming-of-age verhaal, waarin het smokkelen slechts een bijrol vervult. Ik zie de voorstelling op twee opeenvolgende dagen, en dus ook beide vertolksters van de rol van jonge Caro.
Het verhaal draait om Caro, wier vader Willem de stem is van ‘de geheime bende van Losser’. Als ze als klein meisje bonje heeft met Dirk, een pestende klasgenoot, mag ze een dag thuisblijven en met hem mee presenteren, en zo wordt ‘Roversdochter’ geboren: een meisje bezeten van het uitzenden. Jaren later woont Caro in Rotterdam, waar ze ook een eigen radiostation heeft. Succes blijft echter uit, en als blijkt dat zij niet alleen haar eigen huur niet betaalt, maar zelfs de huurbijdrage van haar vriendje hier niet voor heeft gebruikt, besluiten ze afstand te nemen. Letterlijk een flinke afstand, want Caro reist terug naar Losser, om daar te ontdekken dat het station van haar vader is overgenomen door Dirk. Caro pikt dit niet en zweert hier iets tegen te doen. Willem is ondertussen vooral druk bezig als regisseur voor een voorstelling op een feest van de zender (muziek, bier, gehaktballen en … theater), al is niet iedereen overtuigd van de kwaliteit van Willem’s scènes.
Een belangrijke secundaire verhaallijn draait om de Ria, de tante van Caro. Zij heeft een wasserij, waar Caro moet werken om haar schulden af te lossen. Ria is echter een treurend wrak met een voorliefde voor drank nadat haar man is overleden, verdronken in een vat ultraturbofresh. Zou klusjesman/electriciën Paolo iets aan haar humeur kunnen veranderen nu de wasmachine wel heel vaak stuk gaat?
De Geheime Bende van Losser maakt gebruik van de gouden formule voor een lokale voorstelling. Bekende acteurs uit de regio, eventueel aangevuld met enkele professionals van buiten. Een verhaal dat aansluit bij de regionale belevingswereld, met verwijzingen naar dorp en omgeving. Als er geen dramatische gebeurtenis centraal staat moet het verhaal zelf niet te zwaar worden met een flinke dosis humor en bij voorkeur (deels) in dialect. We zien hier bijvoorbeeld dat de oorzaak van de rouw van Ria in het absurde wordt getrokken, waardoor het leed en haar reacties hierop toch iets komisch krijgen. In deze voorstelling is het echter vooral de ontroering die uiteindelijk de overhand krijgt: je pinkt al dan niet stiekem een traantje weg. De worsteling van Willem, die voor zijn gevoel zijn dochter niet de waarheid kan vertellen om haar vooral niet teleur te stellen weet te raken, zeker zoals het door regisseuse Anne de Blok is neergezet. Een kleine aanpassing bij de tweede voorstelling bij één van de vader-jonge dochter scènes weet dat gevoel nog eens extra te versterken.
De rol van Caro wordt vertolkt door Lisa Schol, die inmiddels een Musical Award op zak heeft. Niet iemand uit de regio, hoewel ze eerder onderdeel uitmaakte van Wilminks Kweek en dus zeker geen onbekende is met de regio. Ze heeft een prachtige stem, en is een wervelwind op het podium, zeker als ze het onrecht denkt te moeten bestrijden. André Manuel is vader Willem, die haar niets kan weigeren, met als ontroerend hoogtepunt zijn lied “veur oe”, dat hij zingt naast de jonge versie van Caro. Als regisseur van het toneelstuk is Willem wel weer een mondig mannetje. Wereldberoemd in Losser en omstreken is Jan Riesewijk. Hij speelt de rol van tante Ria met een vette knipoog, bijvoorbeeld bij het zingen van een piratenlied op accordeon, dat eindigt met de dodenmars. Een vergelijking met Edna Turnblad in Hairspray is, ondanks ook veel verschillen, snel gemaakt. In de rol van Paolo zien we met Bert Eeftink een andere bekende regionale acteur. Hij is de love-interest van Ria, al is hij daar in eerste instantie niet van op de hoogte.
Opvallende bijrollen zijn er voor Eline Koenjer als de moeder van Caro, die wel wat strikter is dan haar man maar ook mooie moeder-dochter momenten heeft, Tijmen Spit als de weinig subtiele Dirk en Cas van Midden als Sjoerd. Met deze enthousiaste jongeman voel je hartstochtelijk mee als de door hem gemaakte kostuums voor de toneelvoorstelling worden afgekeurd, omdat er ritsen in plaats van knopen op zitten, en al helemaal als blijkt hoeveel dat er zijn. Een belangrijke rol in de vertelling is weggelegd voor de jonge Caro. Zij opent de voorstelling, maar keert een aantal keren terug in het verhaal en bepaalt hiermee de toon ervan in belangrijke mate. Met nane de vader-dochter momenten spelen heel succesvol in op je sentiment. Op donderdag zagen we Zoï Koenjer in deze rol en vrijdag Lise Damhuis; zij spelen en zingen uitstekend. Het ensemble zorgt voor de omlijsting van het verhaal, waarbij vooral de samenzang opvalt. Het klinkt prachtig en in de amateurtoneel scènes kunnen ze ook lekker los gaan in bewust amateuristisch spel. Ook de momenten dat Caro op zoek gaat naar een eigen zendmast geeft hen ruim de gelegenheid te schitteren.
Een hip woord dat de theaterwereld steeds populairder wordt is de immersive experience. De bezoeker moet een totaalbeleving ervaren. Bij deze voorstelling is het woord nergens te bekennen, maar de uitvoering des te meer. Er is een route vanaf het parkeerterrein langs een aantal scènes om lekker in de sfeer te komen. Een route die begint met het overschrijden van een (smokkel)grens met grenswacht en die verder leidt langs onder andere een piratenorkestje, een reparatieplaats van zendapparatuur, en de repetitie van toneelstuk met een moralistische boodschap over smokkelen.
De Geheime Bende van Losser is een geslaagde regionale voorstelling. Er wordt deels in het Twents gesproken, maar voor het volgen van het verhaal is beheersen niet noodzakelijk. Wie de taal wel beheert hoort wel wat extra grappen, en de emotie van het eerder genoemde “veur oe” zal dan nog beter binnenkomen. Uiteraard komt er in de voorstelling wat piratenmuziek voorbij, maar de liedjes in de voorstelling zelf vallen niet echt in deze categorie. Dus voor de niet-liefhebbers van deze muziek is er geen drempel.
Het publiek is na de voorstelling enthousiast, en eigenlijk ook als tijdens. Als op het podium de leus “ik kom oet Losser en” wordt aangevangen, wordt in de korte stilte het “k wet van niks“ door het publiek van harte aangevuld. Deze avonden bleef het ook nog lang onrustig in het theater, onder het genot van een drankje, en een gehaktbal. De missie is geslaagd.
De voorstelling is nog te zien tot en met 14 september in openluchttheater Brilmansdennen in Losser.
Scenefoto’s (details): Willem van Walderveen