Perspresentatie

Antwerpen maakt zich op voor nieuw god: Ganesha

Vanaf januari zal in Antwerpen Ganesha, een perfecte god te zien zijn. Tijdens de presentatie spraken we met creatives en cast.

Wordt Ganesha ten opzichte van de M-lab voorstelling erg vervlaamst
[AB] Erg vervlaamst niet, maar we vonden het wel belangrijk dat de mensen in de voorstelling Vlamingen zijn, net als we eerder van Amerikaanse vrouwen Nederlandse vrouwen hebben gemaakt. Dat helpt in het meegaan met de twee vrouwen op reis. En qua taal hebben we dat bij de acteurs gelaten; dingen die Vlamingen niet zeggen worden dan veranderd.
[MM]] We hebben er wel veel aan gedaan. In de repetities hebben we alles wat te Nederlands was eruit gehaald en meer Vlaams gemaakt. Zoals ook de namen van mensen en het is gesitueerd in Vlaanderen. Ze vertrekken bijvoorbeeld van Zaventem en komen uit Brasschaet.
Het was de bedoeling dat Ganesha oorspronkelijk veel eerder in Vlaanderen zou staan. Is wat we nu zien een uitvloeisel van regie-gedachten van toen?
[MM]Ja, ik zou het ooit regisseren voor het Ballet van Vlaanderen, maar het ging toen niet door. Ik ben nu eigenlijk met een schone lei begonnen. Toen was het idee nog erg pril; ik had het toen wel gelezen en we waren de productie aan het plannen. Het was toen 2003 of 2004. Maar ik heb dat losgelaten en ben opnieuw begonnen. Dat is wel fijn. Je hebt de oorspronkelijke eerste ideeën wel ergens in je achterhoofd, maar dit is een andere situatie, ander theater en ander decor, dus je begint opnieuw. Maar het is toch fijn om alvast een verbintenis met het stuk te hebben.

Kun je iets over het concept van de voorstelling vertellen
[MM]Ik heb het heel simpel gemaakt, want ik wil een hele intieme voorstelling. Het gaat over het verhaal van deze mensen, wat hun menselijk maakt: hun diepste geheimen en dingen waar ze spijt van hebben. Gebeurtenissen waar ze nooit over durven praten. Dus de voorstelling moet intiem zijn: het moet raken en niet te gekunsteld overkomen. Dit is de eerste keer dat ik een regie doe zonder een enkel danspasje; het is puur regie en dat is fantastisch, en daar is het ook het stuk voor.
Ik geniet enorm van de rust in de repetitieperiode en we praten ook heel veel over alles: over ons eigen leven en de karakters, en wat je ontdekt als je zelf op reis gaat. Hoe belangrijk het is dat je even weggaat om tot jezelf te komen.
Het decorbeeld is ook vrij simpel, met prachtige beelden van Harry (de Neve). We werken weer met projecties, zowel stilstaande als bewegende. Beelden die de sfeer moeten aanduiden, en niet te uitleggerig zijn. Ik heb met Harry gewerkt bij Merrily We Roll Along en dat was een fantastische ervaring.

Als we het verhaal van de musical vergelijken met het oorspronkelijke toneelstuk; waar zitten dan de verschillen
[AB] Er zitten niet zo heel erg veel verschillen in moet ik je eerlijk zeggen. Het grote verschil is dat we hier de nummers allemaal gebruiken als monoloog interieur. In het stuk staat bijna niemand alleen op het toneel. Er zitten geen lange monologen in het stuk, alleen maar als er iemand in de buurt is. Wat we hebben geprobeerd is om de muziek en de nummers te gebruiken om uit de situatie te treden en een verduidelijking te geven van hun emoties en een verdieping van de karakters.
Het verhaal is goed zoals het is. Soms mis je een toelichting, zoals bij het titelnummer, wat er nu weer helemaal in zit, inclusief de beruchte brug (die bij de vriendenlezing in M-lab destijds uitvoerig aan bod is gekomen). Iedereen heeft het over zijn eigen zielenroerselen, maar de sleutel ligt bij hem, bij Ganesha, en zijn conclusie daar. De voorstelling heeft daardoor betrekkelijk veel solo-nummers.
[MM]Maar ik ben heel blij met de nummers; het zijn supernummers.
[AB]Op een of andere manier voelt het heel erg nodig. Dat het nodig is dat die man wat zingt.
[MM]Ik heb ook het Engelse toneelstuk bij de voorstelling betrokken. Ik heb het een paar keer gelezen, en erbij gepakt tijdens het repetitieproces, en het klopt elke keer. De musical is echt heel dicht bij het oorspronkelijke toneelstuk gebleven. Het is echt vertaald en de situaties blijven hetzelfde.
[AB]Ik heb nooit begrepen dat Terence McNally zei dat hij er nooit een musical in had gezien. Dat was voor mij eigenlijk best logisch dat het een musical wordt. En de grap dat McNally zelf ook overtuigd was toen hij de musical zag: “Oja, er zit toch wel muziek in dat idee.” Hij was heel aangenaam verrast. Zoals ik hem heb leren kennen is het wel een eerlijk mens, dus die mening is echt oprecht.

Kijk je nu anders tegen het stuk aan dan toen je de musical jaren geleden schreef
[AB]Dat valt wel mee. Het blijft, meer dan alles wat ik tot nog toe deed, een kind. Het is los van iedere vorm van productiebedrijven of stuwende krachten erachter ontstaan. Ik vond het een heel mooi stuk en wilde het heel graag maken. Dat maakt het voor mij heel persoonlijk. Verder is iedere versie die gemaakt wordt door mensen die je vertrouwd en na aan het hart liggen. Dat is met Martin het geval; dat was met Paul (van Ewijk) het geval. Dat maakt het stuk heel belangrijk. Dat maakt het heel belangrijk dat de juiste mensen bezig zijn met de voorstelling.
Ik vind het een prettig gevoel om te zien hoe hij met de muziek bezig is. Iedereen heeft de ruimte daarin zichzelf op te zoeken. Want je moet iets van jezelf in het stuk terugvinden.

Zijn we weer terug naar de ene piano als begeleiding, in plaats van het combo van het M-lab
[AB]Nee, we hebben wel een combo.
[MM]Gitaar, bas en piano/keyboard. En wat klankkleur van India zelf
[AB, lacht]Een klankschaaltje hier en daar. We zijn ten opzichte van de tweede keer iets meer op zoek naar India in de sound. Dat hadden we in de eerste meer dan in de tweede, en dat vond ik wel interessant. Dat vond ik een spannend pad. We proberen heel erg een tussenlijn te zoeken tussen moderne westerse muziek en het gevoel van India; je moet het mysterie van India erin blijven horen.
En dat lukt minder met alleen een piano
[AB]Nee, dat hebben we de eerste keer ook gedaan met piano/keyboard en dat had heel erg de mystiek van India. Juist de tweede keer toen er een band bij kwam had ik het gevoel dat het wat te poppy werd.
[MM]De drums zijn bijvoorbeeld weg nu.
[AB]En nu er geen drums zijn merken we dat de 'go' in het nummer heel erg van de zang komt. Deze mensen kleuren waanzinnig bij elkaar qua stem ook. Zonder drums houdt het een gevoel van ijlheid die mysterieus klinkt.

Zijn er nog meer stukken die je op deze manier hebt geschreven waar je de markt mee zou op willen?
[AB]Ja zeker. Ik zou heel graag nog een keer de musicalversie van Les Liaisons Dangereuses willen doen. Ook die hebben we gemaakt voor de Frank Sanders Akademie. We hebben het heel erg in die tijd laten spelen en Jeroen Sleijfer heeft met een soort pop/hip-hop achtige samples een rare drive geven, waardoor het een heel verwrongen geheel werd.
Het is bijna soap wat daar gebeurt. Iedereen zet iedereen een hak; het gaat door alle leeftijden heen. Er zitten oude en jonge acteurs in, en het gaat om zeven mensen, dus ook betrekkelijk klein.
En als ik Delphi voorstel
Delphi was heel groot. Ik ga met Rhody (Matthijs, componist van Ganesha en deels van Delphi) wel weer een nieuwe maken voor de school van Frank (Sanders), voor de mensen die gaan afstuderen. Maar Delphi is wel gewoon een grote voorstelling, qua aantal acteurs. Dat is niet zo 1-2-3 aan de man te brengen en dat blijft een moeilijk gegeven. Ik ben heel blij met en trots op Delphi. Dit is 4 acteurs, Les Liaisons 7; dat is toch wat makkelijker aan de man te brengen.
En wanneer kunne we Les Liaisons Dangereuses verwachten
[AB]Nou voorlopig nog niet denk ik. Ik ben nu met mijn eigen bedrijf (3 and a crowd) bezig voor Willem van Oranje in 2012. Of Les Liaisons Dangereuses geschikt is voor 3 and a Crowd weet ik niet; misschien is het geschikt is voor een andere producent. Het ligt er in ieder geval, en als het komt, dan komt het.
17 December 2009
Overig
Antwerpen
Fakkelteater - Rode zaal
http://www.judastheaterproducties.be
ganesha, een perfecte god, antwerpen, terrence mcnally, allard blom, martin michel, judas theaterproducties, musical, fakkeltheater, interview, perspresentatie, india, rhody matthijs, timo descamps, anne mie gils, sebastien de smet, karin jacobs

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen