Interview

Paul van Ewijk over Broadway in de Polder

Paul van Ewijk regisseert Broadway in de Polder, welke hij samenstelde uit de Jos Brink en Frank Sanders musicals. Wij spraken met hem.

Je hebt samen met Frank Sanders de liedjes uitgekozen. Hoe is dat in zijn werk gegaan?
Toen Koen (van Dijk) ons vroeg om dit te gaan doen hebben we hetzelfde aangepakt. Terwijl ik de kipfilet stond te braden, en hij de ossenhaas, want hij eet iets luxer dan ik, schreven we de titels op die door ons hoofd spookten. Dat hebben we een week gedaan en toen zijn we bij elkaar gaan zitten om te kijken “Wat heb jij”. Zo’n 85% bleek overeen te komen. Ik had nog wat dingen waar Frank niet aan had gedacht, of waar hij vraagtekens bij had, en vice versa. Daar hebben we wat over lopen steggelen. Maar al met al was dat de kortste bespreking die ik ooit gehad heb. We waren er heel snel uit. Toen heb ik in Londen, een mooie inspiratiebron, op mijn hotelkamer de volgorde bepaald en die aan Frank voorgelegd.

Een omschrijving van de Brink/Sanders die iemand me gaf bevatte termen als paraderen en kluchterigheid. Herken je dat
De Nederlandse musical kwam voort uit de cabaret-traditie. Het was een toneelstuk met liedjes in de meest simpele zin van het woord. Jos en Frank hebben wel heel erg zitten studeren hoe de Engelse en Amerikaanse musical in elkaar steekt. Het showbusiness-effect is daar een wezenlijk onderdeel van. Amerikanen zijn tamelijk briljant in het uitdikken van shownummers en het opklooien van iets. Een koffiebekertje is daar toch al goed voor een groot productienummer “Als ik mijn koffie niet kan krijgen” als je kijkt naar “How to succeed in business without really trying” op dit moment met Daniël Radcliffe op Broadway. Dat zou het paraderen kunnen zijn.
Het kluchterige, het elkaar aan het lachen maken, is iets wat enorm aan Jos zijn reet heeft gehangen, tot aan zijn dood. In de musicalvoorstellingen is dat ook wel gebeurd, in een soort gimmick waar goede stelletjes binnen de comedy, de aangever en de komiek (zoals Frans van Dusschoten en André van Duin), patent op hadden. Gewoon uit de boot vallen in een sketch, en niets is zo leuk als de partner op het toneel aan het lachen maken. Jos en Frank en Jos en Lucie waren daar heel goed in. Meestal gebeurde zoiets spontaan, was het niet geregisseerd of bedacht. Dat ontstond tijdens de try-outs en dat was voor Jos het uitgangspunt om gedurende de spelreeks uit te bouwen. De kern was dan afgesproken, dat was gewoon een truc, en dat werd dan een hele act. In Zzinderella speelde ik één van de twee lelijke stiefzusters en we speelden die rollen natuurlijk op hoge hakken. Jos had daarin een act met Frank, het passen van het glazen muiltje, en wij stonden daaromheen als edelfiguratie. Dat duurde zo lang, en de zaal vrat dat ook. De laatste dertig voorstellingen — ik had een lange jurk aan - stapte ik gewoon uit mijn pumps en bleef ik zo staan, en tegen de tijd dat hij klaar was schoof ik weer in mijn pumps, onopvallend, werd ik tien centimeter langer en ging ik weer verder. In een later cabaretprogramma, Over en weer, is een scène die oorspronkelijk zeven minuten duurde uitgebouwd tot een act van 25 minuten. Dat was ongelofelijk leuk om te doen. Daar heb ik ook veel van geleerd, want natuurlijk is het een afspraak. Maar ook wel een vorm van vakmanschap, omdat je zo’n oor ontwikkelt naar wat een zaal wil. Als een zaal lacht of wil lachten, was Jos er een meester in om dat verder op te duwen. En als een zaal niet wil, wat ook wel eens voorkomt, was het tempo-tempo, en gingen we er als een speer doorheen. Waardoor het een sneltreinvaart kreeg waarvan mensen dachten, wat is dit voor virtuoze scène, dan werd het over een hele andere boeg gegooid.
Het kluchtige element heeft hij altijd op gehad, maar voor de musicals is het belangrijkste element de showbusiness, het met grote ogen kijken naar wat er aan de andere kant van de oceaan gebeurde, wel de belangrijkste voedingsbodem voor hun producties geweest. Jos en Frank hebben Jan Aarntzen de theaterwereld binnengehaald. Kosten noch moeite werden gespaard. Ik was toen begin twintig en dat was voor mij vanzelfsprekend. Nu je ouder bent en zelf met dat bijltje moet hakken is het echt ongelofelijk wat er toen aan jurken is uitgeflikkerd omdat het niet mooi was of dat het bij een nummer hoorde wat niet werkte. Dat is een luxe die je je nu niet meer kunt permitteren.

Komt dit kluchterige nog terug in Broadway in de Polder
Dat zou zo maar kunnen; ik heb de staging nog niet in mijn hoofd. Er zitten best een paar komische nummers in en ik zal zeker niet nalaten om de setting ervan komisch te maken. Het laatste wat ik wil is de mensen een saaie avond voorzetten; dat zal zeker niet gebeuren. Het is ook niet zo dat ik bedacht heb dat we daar en daar met taarten gaan smijten. Maar er zal ongetwijfeld iets gebeuren.

”Beter goed gejat dan slecht bedacht” was een van je uitspraken over de Brink/Sanders musicals. Zijn er voor jou specifieke “inspiratiebronnen” aan te wijzen?
Max Havelaar is het Nederlandse antwoord op Les Miserables. Het was een wereldhit en toen hadden we een gesprek over wat de Nederlandse equivalent zou zijn van Les Miserables. Waar kom je dan op terecht. Dan kom je op 'De Stille Kracht' uit, of 'Van de koele meren des doods' of zo, maar het ultieme werk wat iedereen op school verplicht moet lezen is de 'Max Havelaar'. Jos heeft altijd een enorme affiniteit met Indië gehad, dus dat triggerde enorm. Ook vanwege de boodschap en de strijdlust. Het kwam ter sprake bij een glas wijn en vervolgens zijn ze het gaan doen.
Je merkt ook dat hij qua sfeer heel dicht tegen Les Miserables heeft aangeleund. In de boodschap, in de kracht van bepaalde nummers. Als je Max Havelaar terughoort is het duidelijk geïnspireerd op Les Miserables. Maar we hebben het ook over een tijd dat bijna niemand hier van Les Miserables gehoord had of enig idee had dat het ooit naar Nederland zou komen of dat het 25 jaar later nog steeds te zien zou zijn. Je zou Max Havelaar ook nu niet meer moeten uitbrengen; dan doe je onrecht aan het denkpatroon van toen.

Welke voorstelling zou nu juist wel opgevoerd kunnen worden, met relatief weinig aanpassingen? Amerika, Amerika zat in de planning, maar is niet doorgegaan
Dat was toen ook wel het probleem. Het meest voor de hand liggende zou zijn om met Maskerade te beginnen, omdat het een kleinschalige productie was en omdat het het begin was van hun musicalgeschiedenis. Het probleem is dat Jos er niet meer is, en, ook was Jos er nog wel, God hebbe zijn ziel, hij de jeugd niet meer had. Maskerade konden we niet doen, omdat er niemand was met het talent dat Jos in die voorstelling liet zien. Je moest iemand hebben die door het publiek in het hart wordt gesloten, wiens misstappen elke keer weer worden vergeven omdat je dol bent op die hoofdrolspeler.
William Spaaij is een geweldig talent en een van de grootste talenten die we in de Nederlandse musicalwereld hebben, maar hij heeft bij het grote publiek niet de appeal, de knuffelfactor die voor Maskerade nodig is. Bij Amerika, Amerika kan hij wat meer leunen op het gezelschap. Jos had daar wel ene paar kluchtige scènes (de eerder genoemde groei scènes, die je er probleemloos kunt uithalen. Het verhaal blijft dan gewoon overeind. Daarom was dat een mooie musical geweest om mee te beginnen.
Qua structuur denk ik dat Zzinderella heel erg goed overeind is gebleven. Als je dat met terugwerkende kracht hoort en bekijkt, dat zit zo slim in elkaar. Een moderne versie van het sprookje door de klassieke versie heen geweven. Dat opgehangen aan het jubileum van Jos en Frank, die hadden toen 25 jaar de zaak. Dat is een laag die je nooit meer krijgt. Vind maar eens twee nichten die 25 jaar bij elkaar zijn en die een theaterbedrijf hebben, dus dat krijg je niet meer. Maar qua constructie van de voorstelling vind ik dat een hele goede. Ook met de kleding en decor; je werkte je echt het schompes. Hele avonden was je je aan het verkleden in van die jurken die van meubelstof gemaakt waren om het lekker zwaar te laten zijn. Het was heel hard werken, maar ook heel leuk. Ik denk dat Zzinderella het best overeind is gebleven. Madame Arthur is ook een goed gelukte voorstelling. Nou ja, er is wel veel goed gelukt eigenlijk.


Broadway in de polder is van maandag13 juni tot en met zaterdag 18 juni te zien in het M-lab. Aanvangstijd: 20:15
23 May 2011
N.v.t.
Amsterdam
Frank Sanders' Akademie voor Musicaltheater
http://www.m-lab.nl
paul van ewijk, frank sanders, jos brink, m-lab, broadway in de polder, ara halici, lucie de lange, dick cohen, sabine beens, henk bokkinga, festival , 50 jaar Musical in Nederland, interview

Over de auteur

Jeroen schreef dit artikel voor jou

Jeroen

Jeroen is sinds 2005 redacteur van Musicalworld. Hoewel Jeroen al jong in aanraking kwam met theater, is zijn passie voor musical pas deze eeuw tot volle bloei gekomen. Hij was zeer onder de indruk van de eerste voorstelling van Cats, en de Nederlandse versie van Oliver uit 1999, op basis van de film al een van zijn favorieten, was de eerste voorstelling die hij meermaals zag. Toch waren deze bezoeken eerder sporadisch dan frequent. Sinds hij redacteur is van Musicalworld bezoekt hij meer dan 100 voorstellingen per jaar. Jeroen is de Musicalworld-specialist op het gebied van familievoorstellingen en kindervoorstellingen. Hij is tevens de correspondent voor Vlaanderen. Ook in Duitsland en Engeland (Londen) is hij regelmatig te vinden. Hij doet ook verslag van amateurvoorstellingen die voor neutrale toeschouwers de moeite waard zijn. Tot zijn favoriete musicals behoren naast Oliver! meer musicals met kinderen in de hoofdrol. "Billy Elliot" is zijn all-time favorite, maar daarnaast moeten zeker "Whistle down the Wind", "Matilda" en "The Secret Garden" worden genoemd. Daarnaast zijn Chicago, Come from Away, Spamalot en Soho Cinders voorstelling met een ongelofelijke aantrekkingskracht. Hoogtepunten in het jukebox-genre: Our House, Ich war noch niemals in New York en Ich Will Spass? (en voorganger Doe Maar). Favoriete Nederlandse producties zijn: Ganesha (een Perfecte God), Lelies, Wat zien ik? en Kuifje. Naast het bezoeken van musicals is hij een frequent bezoeker van attractieparken. Favoriete park in Europa is Europa Park (met een uitgebreid entertainment programma). Naast deze tijdverslindende hobby is Jeroen ook nog werkzaam in de ICT.

Meer van Jeroen

Meer artikelen van Jeroen

Delen